‘Schiphol niet klaar voor zomer’
Er is nog altijd groot personeelstekort op Schiphol. 88 procent van het personeel maakt zich zorgen om de aankomende drukte.
AMSTERDAM. Er is nog altijd een groot tekort aan personeel op Schiphol. Een grote meerderheid van de werknemers maakt zich zorgen dat dit tot problemen zal leiden bij de aankomende zomerdrukte. Dat heeft vakbond FNV donderdag gemeld op basis van een enquête onder het personeel van de luchthaven.
In totaal reageerden 427 werknemers van de luchthaven op de enquête. Van hen maakt 88 procent zich zorgen over de zomermaanden. „Ik ontvang bijna dagelijks een mailtje of ik extra diensten wil draaien”, vertelt Tchiyo Bluming, beveiliger op Schiphol en FNV-lid. „Er is me pas ook nog gevraagd of ik mijn pauze over wilde slaan. Dat kan natuurlijk niet.”
FNV waarschuwt dat de hogere werkdruk zal leiden tot meer ziekteverzuim. „Als je continu met te weinig mensen staat, dan creëert dat vermoeidheid”, zegt Jaap de Bie, campagneleider van FNV Luchtvaart. „Dat maakt dat werknemers minder scherp worden of zelfs uitvallen.” 64 procent van de deelnemers aan de enquête verwacht dat het verzuim in de zomer zal toenemen.
Uitzendkrachten
Hoe groot de tekorten op dit moment precies zijn, kan De Bie niet zeggen. „Wat we wel zien, is dat er nu een heleboel uitzendkrachten worden ingezet, terwijl het aantal vaste banen niet groeit.” Volgens De Bie zorgt dat voor extra stress: „Je hebt als werknemer geen vast team, uitzendkrachten worden maar kort ingewerkt en de bezetting kan per dag variëren.”
Door de werkdruk ontstaan veiligheidsrisico’s, waarschuwt FNV. De Bie: „Voor mensen die met koffers werken, wordt de fysieke belasting hoger. De beveiliging en schoonmaak krijgt door de drukte vaker te maken met verbale en fysieke agressie. Voor iedereen geldt dat door hoge werkdruk de scherpte kan afnemen. En een ongeluk zit in een klein hoekje.”
Schiphol kampt al jaren met personeelstekorten. Om te kunnen concurreren met andere vliegvelden in Europa, voerde de luchthaven vóór de coronacrisis jarenlang een beleid om de kosten te drukken. Schiphol besteedde de beveiliging, de grondafhandeling en de schoonmaak daartoe vaak uit aan de goedkoopste aanbieder, wat ten koste ging van de arbeidsomstandigheden. De FNV sprak in die tijd regelmatig van een „race naar de bodem”.
Tijdens de coronacrisis viel het vliegverkeer stil en vertrok een groot deel van het personeel naar andere banen. Toen in 2022 de drukte weer toenam, leidde dat tot chaos: de hele lente en zomer stonden er lange rijen in de vertrekhallen. Meerdere luchtvaartmaatschappijen moesten noodgedwongen vluchten schrappen. Aan het eind van de zomer stapte president-directeur Dick Benschop op.
Geen race naar de bodem meer
Onder zijn (tijdelijke) opvolger Ruud Sondag kwam er een kentering. Schiphol wilde niet langer de goedkoopste zijn onder de vliegvelden. In de meien zomervakantie van 2023 stonden er nauwelijks nog rijen, onder meer doordat er 1.050 nieuwe beveiligers waren aangenomen. Volgens Schiphol ontvingen beveiligers dat jaar 40 procent meer loon. Ook de salarissen voor bagage-afhandelaars stegen flink: op 1 januari dit jaar gingen die met 19 procent omhoog.
Maar voor die loonsverhogingen hebben de werknemers zelf hard moeten knokken, zegt De Bie. „Op bepaalde plekken zijn er zeker mensen bij gekomen, helemaal ten opzichte van 2022. Maar dat was ook een absoluut dieptepunt. De race naar beneden is gestopt, maar we zien dat er nog steeds een te hoge werkdruk is.” Om „de race naar boven” in te zetten, moeten de lonen volgens De Bie verder omhoog. „En er moeten eisen komen aan het minimum aantal medewerkers. Als het er te weinig zijn, dan moet het vliegtuig maar even wachten.”
Een woordvoerder van Schiphol wilde alleen een algemene reactie geven: „De werkomstandigheden en werkdruk voor alle medewerkers op de luchthaven hebben onze volledige aandacht. We waarderen dat vakbonden zoals FNV hierop blijven toezien.”