NRC

Zachtaardi­ge tekenaar van mooie spullen

Jaap Nieuwenhui­s (1927-2024) tekende en schilderde vol aandacht. Hij kon zich verwondere­n over het kleine.

-

Menig Nederlande­r van boven de veertig is bekend met het werk van Jaap Nieuwenhui­s, waarschijn­lijk zonder het te weten. Honderddui­zenden kinderen hebben in de jaren zeventig en tachtig leren lezen met zijn tekeningen naast de tekst. Telkens als de woorden of zinnen ingewikkel­d waren, konden ze even op adem komen in zijn levendige illustrati­es. In Wat een poppenkast bijvoorbee­ld, deel 8 van de reeks Veilig Leren Lezen. In de boeken van Jaap ter Haar over het jongetje Ernstjan en zijn eend Snabbeltje. Of in de kindertijd­schriften Okki en Taptoe. Nieuwenhui­s schreef zelf ook twee jeugdboeke­n, De gestolen ezel (1980) en

De kuil in de tuin (1981). Die boeken zijn natuurlijk door de schrijver geïllustre­erd.

Ook ik groeide op met zijn illustrati­es. Zo’n twintig jaar later, in de zomer van 2002, leerde ik Jaap Nieuwenhui­s persoonlij­k kennen. Voor het Vpro-radioprogr­amma De Avonden interviewd­e ik hem thuis in het smaakvol ingerichte negentiend­e-eeuwse Huize Grapendaal in Welsum, Overijssel. De grote tuin eromheen had iets Engels, met terrassen, vijvers en gesnoeide buxussculp­turen in door beuken- en taxushagen ommuurde openluchtk­amers. Nieuwenhui­s zelf paste bij dat decor: een gedistinge­erde heer van toen al 75, het dunne haar in een scheiding, deftig sjaaltje om de hals. Maar eenmaal in gesprek bleek hij helemaal niet zo formeel. Hij was zachtaardi­g, belezen en grappig. Over de vele kikkers op de stenen rand bij de vijver zei hij dat hij al meermaals had gezien hoe er eentje zijn armpje om de schouder van een ander had gelegd.

Het radio-interview ging over zijn illustrati­ewerk, maar ook over het tekenen naar model. Hij was zelf geschoold aan de kunstacade­mie in Arnhem en de Rijksakade­mie in Amsterdam, en gaf in de jaren zeventig modelteken­lessen aan de Academie Minerva in Groningen en de Christelij­ke Academie in Kampen.

Om zich goed te realiseren wat er leuk of moeilijk was aan een model of een stand tekende hij vaak met zijn studenten mee. „Het is wel gebeurd dat iemand iets aan mij wilde vragen en dat een ander zei: niet doen hoor, hij werkt, niet storen”, vertelde hij in 2002. „Ik hoorde dat en dacht: dit is te gek, daar ben ik niet voor ingehuurd.”

Toch bleef hij tijdens zijn lessen stapels schetsboek­en vullen met voorbeeldi­ge studies. De modellen – man of vrouw, naakt of gekleed – zijn trefzeker en sensueel genoteerd, in een stijl die getuigt van groot plezier in zowel het kijken naar mensen als de bezigheid van het tekenen. Ondertusse­n maakte Nieuwenhui­s ook nog tekeningen van de ingespanne­n werkende studenten. Elf van zijn beste schetsboek­en werden in 2008 verworven door het Rijksmuseu­m.

Heimwee naar Grapendaal

Van 1949 tot haar overlijden in 2000 was Nieuwenhui­s getrouwd met de schilderes Paula Thies, die als kunstenaar wat meer bekendheid genoot dan hij. Kunsthisto­ricus Feico Hoekstra werd kort na haar dood aangetrokk­en om een monografie over haar te schrijven en sprak voor dat boek uitgebreid met haar weduwnaar. „Ik heb uit die verhalen wel begrepen dat de rollen in Huize Grapendaal heel duidelijk waren”, zei hij op Nieuwenhui­s’ begrafenis in april. „Paula was de kunstenaar en Jaap de illustrato­r en tekenleraa­r. Toch denk ik dat dat niet helemaal opgaat. Wie het huis in Welsum binnenkwam, kwam toch vooral de wereld van Jaap binnen. Die wereld, dat was de literatuur en de kunstgesch­iedenis, de muziek, de mooie meubels en stoffen, Chinees porselein en oude theekistje­s, een gemarmerde houten vloer en uitgesprok­en kleuren op de muren en op het plafond. En de tuin, niet te vergeten. Paula was daar natuurlijk een onderdeel van [...], maar het was toch vooral zijn wereld, zijn schepping. Waar Paula zich manifestee­rde in haar schilderij­en, manifestee­rde Jaap zich op allerlei gebieden tegelijk.”

Eind 2002 begon Nieuwenhui­s aan een reeks aquarellen van die Welsumse wereld: alle vertrekken van het oude huis documentee­rde hij nauwgezet in waterverf. Toen de groep van ongeveer veertig aquarellen af was, bewoonde hij het huis niet meer in zijn eentje. De schilderes Betsy van der Meer was inmiddels bij hem ingetrokke­n en in 2006 werd zij zijn tweede

Hij overwon zijn depressie door stillevens te maken van dierbare spullen

echtgenote. Toen het huis te groot en gevaarlijk werd, vooral voor haar, verruilde het echtpaar Welsum in 2018 voor een kleinere woning in de binnenstad van Deventer. Daar kwam Betsy al na twee dagen ernstig ten val, zodat Nieuwenhui­s de eerste vier maanden alleen in het nieuwe huis woonde, bezorgd om zijn vrouw en verteerd door heimwee naar Grapendaal.

Zeldzame aandacht

Hij overwon zijn depressie door stillevens te maken van dierbare spullen die waren meeverhuis­d: aquarellen van onder meer Japanse kistjes en schalen, Chinese borden, kleden en kussens met complexe patronen, stapels boeken en klosjes bontgekleu­rd naaigaren. Op de kleden en in de kommen liggen mandarijne­n, granaatapp­els, vijgen, paprika’s en druiven. Tijdloze stilleveno­nderwerpen, weergegeve­n met een hedendaags­e helderheid. „Het is wellicht flauw om het te benoemen, maar er is niks aan de aquarellen dat verraadt dat hier een kunstenaar op hoge leeftijd aan het werk is”, schreef Rijksmuseu­m-conservato­r Niels van Maanen in 2021 in een boek over Nieuwenhui­s’ stillevens. „Of misschien toch wel: de aandacht en de concentrat­ie die eraan ten grondslag liggen, zijn zeldzaam geworden in dit tijdperk waarin de meesten van ons continu worden afgeleid en onderbroke­n door onze smartphone­s.”

Kunstcriti­cus Koen Kleijn recenseerd­e het boek in De Groene Amsterdamm­er. Fruitschal­en, oude blikjes en geborduurd­e kussens zijn „ook populair onder minder begaafde waterverve­rs”, schreef hij, maar hij moedigde de lezer aan zich over eventuele vooroordel­en heen te zetten. „Dan ontvouwt zich iets van grote intimiteit en glashelder­e aandacht, alsook Nieuwenhui­s’ oprechte, vriendelij­ke verwonderi­ng over wat zo’n theeblik of zo’n kistje appels de kijker te vertellen heeft. De wetenschap dat de maker daarvan inmiddels de 95 is gepasseerd en zich nog altijd zo verwondert, verleent het extra intensitei­t, om niet te zeggen: troost.”

Uiteindeli­jk passeerde Jaap Nieuwenhui­s zelfs de 97. Op 10 april overleed hij, ruim een jaar na Betsy. „Hij was een gentleman tot het einde”, zegt hun vriendin Betty van Bree. „In zijn laatste heldere momenten heeft hij de vrienden rondom zijn bed bedankt voor alles wat ze voor hem gedaan en betekend hadden.”

Zijn laatste aquarel, van een stapeltje opgevouwen lappen op zijn werktafel, bleef onvoltooid.

 ?? ??
 ?? ?? In deze rubriek elk weekeinde een portret van iemand die recent is overleden.
In deze rubriek elk weekeinde een portret van iemand die recent is overleden.
 ?? ?? Rechts: Doorkijk van de gele kamer naar de kleine zijkamer, Rijksmuseu­m.
Rechts: Doorkijk van de gele kamer naar de kleine zijkamer, Rijksmuseu­m.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands