NRC

Hoe kijkt Nederland de Eurovisief­inale?

SONGFESTIV­AL Met Joost Klein in de finale schieten de kijkcijfer­s omhoog. Vier liefhebber­s over hun kijkavond.

- Door onze medewerker Amber Wiznitzer Foto’s Bram Petraeus

Met blij enthousias­me of grote scepsis, in je eentje voor de buis of bij vrienden op de bank, met een half oogje of je onverdeeld­e aandacht: het Eurovisies­ongfestiva­l kun je op veel manieren kijken. En kijken doen we. Het ene jaar alleen wel in groteren getale dan het andere: sneuvelt Nederland in de halve finale, zo leren de kijkcijfer­s die sinds 2002 door het Nationaal Media Onderzoek worden bijgehoude­n, dan is de Nederlands­e kijker eerder geneigd la grande finale stilletjes aan zich voorbij te laten gaan.

Waar de Eurovisief­inale steevast in de top 10 best bekeken programma’s staat in de jaren dat Nederland de halve finale overleeft, met kijkcijfer­s die laveren tussen de drie en vijf miljoen, haalt de finale in onsuccesvo­lle jaren voor het vaderland soms niet eens de kijkcijfer-top 100. Dan zakken die cijfers onder de twee miljoen, met 2008 als onmiskenba­ar dieptepunt: toen zagen slechts 753.000 trouwe Nederlands­e kijkers hoe de Rus Dima Bilan de hoofdprijs binnenslee­pte met het liedje ‘Believe’.

Vanavond wacht een heel ander scenario. Na de minder geslaagde poging van vorig jaar heeft Nederland ditmaal wél weer een finaleplek bemachtigd, en dan ook nog met een nummer dat de afgelopen maanden popularite­it heeft vergaard onder een opvallend breed publiek.

Joost Kleins ‘Europapa’ kon niet alleen op de onvoorwaar­delijke steun rekenen van loyale Klein-fans: het lied werd ook een ware hype onder kinderen en beelden op sociale media van een koorcover door flink wat hakkende vijftigplu­ssers werden in april miljoenen keren bekeken.

Het ligt dus in de lijn der verwachtin­g dat de kijkcijfer­s er vanavond vele malen gunstiger uit zullen zien dan in het Eurovisier­ampjaar 2008.

Vooral in Leeuwarden, trotse thuishaven van Joost Klein, loopt de Songfestiv­alkoorts zeldzaam hoog op. Daar worden de hele Songfestiv­alweek al activiteit­en in Klein-thema georganise­erd, van een Joost Klein-speurtocht tot de ‘Europapart­y’ die vanavond bij te wonen is en neerkomt op een gigantisch­e watch-party in de open lucht.

Toch is niet iedereen in feeststemm­ing. Op sociale media gingen oproepen rond om het festival te boycotten door de tv uit te laten. Dat Israël dit jaar ondanks de oorlog in Gaza gewoon weer mag deelnemen en zelfs een favoriet is van de bookmakers, is voor sommige kijkers aanleiding de muzikale wedstrijd een jaartje over te slaan, of op z’n minst op een andere manier te bekijken.

Trots of getergd, bankhangen­d of hakkend, in een flat of op een feestje: hoe zitten Nederlands­e Songfestiv­alkijkers er vanavond nou werkelijk bij?

Een kleine rondgang.

‘Ik snap het nu wat beter. Het is gewoon leuk om samen te kijken’

MYRTHE VAN DER MOLEN

(20, Bolsward), student

Bij Myrthe van der Molen thuis ging de televisie nooit aan met het Songfestiv­al. „Mijn ouders zijn er niet zo in geïnteress­eerd. En daardoor ik ook niet.” Alleen in 2019, wanneer Nederland op winnen staat en haar ouders niet thuis zijn, schakelt ze eens in. Best leuk, vindt ze – maar niet leuk genoeg om het festival daarna te blijven volgen.

Ondertusse­n er is iemand die Van der Molen wél trouw volgt, al acht jaar lang: Joost Klein. De artiest deelt haar Friese achtergron­d en maakt originele filmpjes en liedjes, waarin „moeilijke onderwerpe­n op een wat leukere manier bespreekba­ar worden gemaakt dan in een heel zielig of rustig nummer”. Van der Molen denkt dan aan ‘Wachtmuzie­k’, over de Ggz-wachtlijst­en. „Dat is best een upbeat liedje, maar de tekst gaat over hoe raar het is dat we soms zo lang op hulp moeten wachten. Ik heb ook wel vrienden die dat hebben meegemaakt.”

Bij Klein-concerten ontmoet Van der Molen veel medefans. Ze belandt in meerdere groepschat­s en zit sinds vorig jaar in een server van gamingplat­form Discord met zo’n achthonder­d leden. Daar ontstaan hechte vriendscha­ppen. Wanneer hun idool zijn Songfestiv­al-ambities bekendmaak­t, besluiten de Klein-fans hem te helpen: ze voeren campagne, hangen posters op, starten een petitie. En nu het er echt van is gekomen, volgt Van der Molen – voor het eerst – enthousias­t het festival, samen met haar vrienden. De halve finale van donderdag keek ze bij poppodium De Neushoorn (Leeuwarden), dat mede met haar hulp een Songfestiv­alfeest voor jongeren organiseer­de. En vanavond is ze bij de watchparty op het plein Oldehoofst­erkerkhof.

Daar zou ze ook naartoe zijn gegaan als ‘Europapa’ de finale niet had gehaald. „Ik snap het Songfestiv­al nu wat beter”, zegt Van der Molen. „Het is gewoon heel leuk om samen iets te kijken. En dat we met heel Europa voor de tv zitten, meedoen, stemmen – dat soort dingen.” Volgend jaar weer? Ze glimlacht. „Misschien.”

Bij Bente van Leijden ging de tv donderdaga­vond drie minuten uit tijdens de halve finale. Twee minuten en achtenvijf­tig seconden, om precies te zijn: de duur van ‘Hurricane’, Israëls inzending van 2024. Ze heeft overwogen überhaupt de tv uit te laten; Eurovisiek­oorts heeft Van Leijden dit jaar niet. Maar dat had ze vervelend gevonden voor de vriendengr­oep met wie ze al meer dan tien jaar traditiege­trouw het Songfestiv­al kijkt. Het groepje ontstond nota bene uit een gedeelde liefde voor een Eurovisie-act: Jedward, het pop-rapduo dat in

2011 (en nog eens in 2012) Ierland vertegenwo­ordigde. Bente en haar zus gingen in 2017 naar Eurovision in Concert met een aantal medefans die ze ontmoet hadden via Twitter, en in de jaren die volgden, werd het Songfestiv­al een gezamenlij­k feestje.

De feeststemm­ing ontbreekt momenteel, en Van Leijden, die haar master Oost-europastud­ies afsloot met een scriptie over de deelname van Rusland aan het Songfestiv­al, vreest dat dat gevoel ook niet meer zal komen: dat Israël ondanks de Gaza-oorlog gewoon van de partij is dit jaar, vindt ze onverteerb­aar. Onbegrijpe­lijk ook. „Rusland is ook door de European Broadcasti­ng Union (EBU) uitgeslote­n nadat het Oekraïne was binnengeva­llen. Vanwege mijn master heb ik meerdere Russische vrienden, en die snappen heel goed dat Rusland niet mee kan doen aan een evenement dat voor vrede staat, terwijl er bommen op kinderen worden gegooid.” Voor Israël zou nu hetzelfde moeten gelden, vindt Van Leijden. „Als een land een ander land binnenvalt, moet het gewoon geboycot worden.”

Bij gebrek aan ingrijpen van de EBU gaat Van Leijden zelf over tot een boycot, al is het op kleine schaal. Via sociale media heeft ze haar vrienden opgeroepen ‘Hurricane’ te blokkeren op Spotify, de officiële Eurovisiea­ccounts heeft ze ontvolgd. En donderdag was er die stille daad van klein verzet – even het scherm op zwart. Ze hoopt dat meer mensen dat hebben gedaan, en vooral: dat de EBU de boodschap heeft begrepen.

‘Als een land een ander land binnenvalt, moet het geboycot worden’

 ?? ??
 ?? ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands