Gazet van Antwerpen Stad en Rand

“Ik hoop dat ik het EK voor eigen volk in Hasselt mag rijden”

Na twee maanden zonder wedstrijde­n kijkt Jasper Philipsen (26) met honger uit naar de Baloise Belgium

Tour. “Proberen een ritje te winnen en werken aan de automatism­en met het oog op de Tour”, vat de sprintbom zijn ambities samen. De Baloise Belgium Tour start met een tijdrit in Beringen, op een handvol kilometers van je deur. Hoe speciaal is dat?

“Best wel speciaal want zoveel wedstrijde­n zijn er niet in de regio. Ik heb vanochtend (gisteren, red.) alvast het parcours verkend. En met de fiets van Ham naar de speeltuin in Beringen, dat moet zowat de eerste uitdaging zijn geweest die ik had op de f iets (lacht).”

Je laatste uitdaging op de fiets — Parijs-Roubaix — dateert intussen van twee maanden geleden. Wat heb je in de tussentijd gedaan?

“Ik heb alvast niet veel stilgezete­n. Ik trok individuee­l op stage naar Tenerife, waar ik weliswaar niet op hoogte sliep maar toch veel bergop heb gereden. En daarna ging ik met de ploeg op hoogtestag­e naar La Plagne. Een grote fan van hoogtestag­es ben ik niet maar als de ploegmaats erbij zijn, dan wordt er wel plezier gemaakt. Eén dagje lag er sneeuw, voor het overige hebben we goed kunnen trainen. Bedoeling is om naar de topconditi­e toe te werken met het oog op de Tour.”

Welk is dan het belang van zo’n Baloise Belgium Tour?

“Ik heb toch altijd wat wedstrijdr­itme nodig. Ik kan mezelf in een wedstrijd meer pijn doen dan op training, ik heb best wel zin om vijf dagen voluit te gaan. Uiteraard probeer ik een etappe te winnen maar het is ook belangrijk om terug automatism­en te kweken. Van mijn lead-out voor de Tour zijn Jonas Rickaert en

Robbe Ghys van de partij, Van der Poel helaas niet. Maar die heeft ervaring genoeg. Ik ben al blij dat hij opnieuw de Tour in zijn programma heeft opgenomen. Dat heeft me toch wat verrast maar ik ben daar uiteraard heel tevreden mee. Hij is vorig jaar enkele keren van cruciaal belang geweest.”

De tegenstand de komende dagen is niet min: Merlier, Jakobsen, Kooij en Thijssen behoren stuk voor stuk tot de wereldtop.

“Tim (Merlier, red.) is voor mij de te kloppen man. Hij is aan heel sterk seizoen bezig en heeft me in de derde week van de Giro verrast. Ik had niet gedacht dat hij op dat moment nog zo snel zou zijn. En ik vermoed dat hij is blijven verder trainen met het oog op het BK. Omdat ik al even niet gekoerst heb weet ik momenteel zelf niet goed waar ik sta. En mijn lichaam heeft na een hoogtestag­e toch altijd wat tijd nodig.”

Qua opbouw is dit seizoen een haast perfecte kopie van vorig jaar. Heb je ook het gevoel dat je even ver staat?

“Dat is moeilijk in te schatten. Maar ik besef nu al dat het niet evident zal zijn om de zomer van vorig jaar te herhalen. Aan de voorbereid­ing zal het echter niet gelegen hebben.”

Vorig seizoen had je nog de uitgesprok­en ambitie om zegekoning te worden, iets waar je ook in slaagde. Is dat nog realistisc­h?

“Vorig jaar kwam ik met vier zeges uit het voorjaar, nu drie. Veel zal dus afhangen van het programma dat ik nog kan rijden. En ik weet niet of het realistisc­h is om dit jaar te proberen meer te winnen dan Tadej (Pogacar, red.). Ik ga me eerst focussen op de Tour. En daarna wil ik van het EK een doel maken. Misschien kies ik straks meer voor kwaliteit en niet voor kwantiteit.”

Heb je de bondscoach al gehoord over de olympische selectie?

“Ja. Maar het is niet aan mij om daar iets over bekend te maken. Daarvoor moet je bij Sven (Vanthouren­hout, red.) zijn, ik apprecieer zijn manier van communicer­en daaromtren­t. Ik heb het parcours in Parijs zelf ook gezien en vond het op het eerste gezicht toch meevallen. Die klim naar Montmartre leek me niet al te lastig.”

Wat is je gevoel?

“Dat kan ik niet zeggen. Ik hoop gewoon dat ik erbij ben. Maar ik hoop ook heel hard dat ik het EK voor eigen volk in Hasselt mag rijden. Al besef ik dat de Olympische Spelen van een ander kaliber zijn.”

Laatste vraag: weet je al voor welke ploeg je volgend jaar zal rijden?

“Daar hoop ik ook snel iets meer over te kunnen zeggen (grijnst). Ik kan alleen maar zeggen dat de keuze al gemaakt is.”

En dat blijft zo goed als zeker Alpecin-Deceuninck. De ploeg organiseer­t volgende week vrijdag opnieuw een persmoment met Jasper Philipsen naar aanleiding van het BK in Zottegem. Dat gebeurt op de hoofdzetel van cosponsor Brustor. Het ideale moment om een contractve­rlenging aan te kondigen?

“Merlier heeft me in de derde week van de Giro verrast. Ik had niet gedacht dat hij op dat moment nog zo snel zou zijn” Jasper Philipsen

Alpecin-Deceuninck