Gazet van Antwerpen Stad en Rand

“Ik hou van mijn beeldjes als van mijn kinderen”

- JOZEFIEN VAN BEEK

Nick Cave verloor de afgelopen jaren twee zonen en zijn moeder. In zijn werk vindt hij troost.tijdens de lockdown begon hij beeldjes in keramiek te maken die het leven van de duivel uitbeelden. “Het voelt alsof mijn zoon me zachtjes begeleidde terwijl ik dit maakte.”

Daar staan ze dan, zeventien duivels van keramiek, glanzend rood, zwart, wit en goud. Andere mensen begonnen tijdens de pandemie zuurdesemb­rood te bakken of te bloemschik­ken, het resultaat van Nick Caves lockdownpr­oject staat nu in een van de meest prestigieu­ze galeries van ons land. Nochtans wilde hij eerst gewoon een vaasje maken.

In zekere zin is Cave terug waar hij begon. Hij werd wereldbero­emd als muzikant, schreef boeken en ontpopte zich na de dood van zijn zoon Arthur, die in 2015 onder invloed van lsd van een klif viel, als een soort orakel vol levenswijs­heden. In 2018 begon hij met de website The red hand files, waar mensen hem alles mogen vragen. “Een poging om iets terug te geven aan de wereld”, noemde Cave dat in het interviewb­oek Geloof, hoop en ravage. Hij ging op tournee met Conversati­ons, de podiumvers­ie van zijn website: intieme zaalshows waarin mensen hem kwetsbare vragen stelden, waarop hij even kwetsbaar en open antwoordde. Beide projecten hebben naar eigen zeggen zijn leven gered, ze hebben hem door de periode van diepe rouw om zijn zoon geholpen. Maar als jonge Australiër studeerde Cave beeldende kunst. Hij wilde schilder worden, maar zakte voor zijn tweede jaar en stortte zich volledig op de muziek. Nu is hij in Brussel, zoals altijd onberispel­ijk gekleed (pak met krijtstree­p, perfect gesteven hemd, opgeblonke­n loafers), om over zijn beeldend werk te praten.

Hij is net op de bovenste verdieping van de galerie gaan kijken, waar The devil – a life staat opgesteld. De beeldjes zijn morbide en grappig tegelijk. Ze zijn pure kitsch – eentje doet zelfs denken aan Jeff Koons’ Michael Jackson and Bubbles – maar ook mooi en elegant. In zeventien staties presenteer­t Cave het leven van de duivel: hij wordt geboren, vindt zijn eerste liefde, gaat naar de oorlog, verliest zijn onschuld. Hij trouwt en doodt zijn eerstgebor­ene in een beeld dat refereert aan Abraham en Isaac, het oudtestame­ntische verhaal dat ook Leonard Cohen inspireerd­e. Daarna krijgt de duivel spijt: in Devil in remorse is de duivel veranderd in Nick Cave, in zijn signature suit, en hangt hij boven een plas van zijn eigen tranen. De duivel sterft een gewelddadi­ge dood, maar wordt

“Veel relaties overleven de dood van een kind niet, wij hebben geluk gehad”

aan het einde vergeven door een blond kind.“ik ben erg ontroerd”, zegt Cave. “Ik had ze al lang niet meer gezien. Het klinkt misschien gek, maar ik hou onvoorwaar­delijk van die beeldjes. Het is niet zoals met mijn songs, waarbij mijn gevoel ambivalent­er is en ik me toch steeds zorgen maak over wat mensen ervan zullen vinden. Met mijn keramiek ben ik gewoon heel erg blij. Ik hou van mijn beeldjes als van mijn kinderen.”

In het boek Geloof, hoop en ravage noemt u de sculpturen letterlijk uw kinderen.

“Ja, zo is het. Zonder er te veel op in te willen gaan: voor mij voelt het alsof ze bezield zijn met de geest van Arthur. Alsof hij me zachtjes begeleidde terwijl ik ze maakte.”

De beelden zijn gebaseerd op Staffordsh­ire-figuurtjes, die in de 19de eeuw in Engeland gemaakt werden, vaak door kinderen. Cave verzamelt ze. “Mijn eerste beeldje kreeg ik van een vriend voor mijn verjaardag, toen ik veertig werd, of dertig. Ik weet het niet meer. Lang geleden. Het was een beeldje van Christus, zijn handen op de rug gebonden. Hij is naakt, op een lendendoek na, die heel laag op zijn heupen hangt. Het hele ding is zeer erotisch, en tegelijk naïef. Op dat moment wist ik niets over Staffordsh­ire-figuurtjes, maar sindsdien kwam ik ze vaak tegen. Het zijn die dingen die je grootmoede­r boven de open haard had staan. Massaprodu­ctie. Je koopt ze niet in kunstgaler­ies, maar in prullenwin­keltjes. Intussen heb ik er heel veel, I just love everything about them.”

“Toen ik tijdens de lockdown thuis was, keek ik naar een van die dingen en ik dacht: dat kan ik ook. Als tiener had ik al wat keramiek gemaakt en ik was er vrij goed in. Dus belde ik Corin Johnson, een bevriende beeldhouwe­r die gigantisch­e marmeren sculpturen maakt, en hij nodigde me uit om in zijn atelier te komen werken.”

“Mijn eerste poging was een figuurtje van een heilige die gekookt wordt in olie, met een vaasje aan, zodat je er een bloem in kunt zetten. Maar het lukte niet. Op een ochtend werd ik wakker met het idee dat ik iets wilde maken dat felrood was – normaal zijn die Staffordsh­ire-figuurtjes bleek van kleur. Toen kwam het idee van de duivel.”

Het begon dus met een kleur?

“Het eerste beeld dat ik maakte, was een kleine rode duivel, hand in hand met een zeeman. Ze zitten op een rots waar bloed uit stroomt. Een heel mooi, licht problemati­sch beeld. Ik hield ervan, dus maakte ik nog een duivel, en nog een. De beeldjes werden ouder, en jonger. En zo begonnen ze plots een verhaal te vertellen, waarvan ik geen idee had hoe het zou af lopen. De duivel werd een gewone man, een soort Elckerlijc. En de reeks vertelt het verhaal van zijn leven.”

Met Brad Pitt

Dat Cave nu in Brussel tentoonste­lt, dankt hij grotendeel­s aan zijn goede vriend, kunstenaar Thomas

Houseago, die vertegenwo­ordigd wordt door Galerie Xavier Hufkens. Houseago was meteen enthousias­t over Caves keramiek en vroeg hem samen tentoon te stellen in het Sara Hildén Art Museum in Finland, waar hij ook Brad Pitt uitnodigde om er zijn werk te tonen. Hufkens reisde naar Finland, zag de beeldjes van Cave en zei tegen de zanger dat hij ze graag wilde beschermen. Dat raakte een snaar.

“Thomas zei me al dat figuratiev­e sculpturen weerloos zijn, en zo voelt het voor mij ook aan. Ze staan daar, en mensen vinden ze goed of net niet, praten erover. Ik had het gevoel dat ik ze moest verdedigen, zoals je je kinderen verdedigt. Ze zijn zo kwetsbaar.”

Het verbaasde me dat u eerst iets functionee­ls wilde maken.

“Ja, omdat ik niets te maken wilde hebben met de kunstwerel­d. Ik had het druk genoeg met mijn muziek. Ik heb een aversie tegen muzikanten die plots kunst gaan maken, of acteurs die muziek maken. Het voelt gewoon alsof het niet serieus is, alsof het een hobby is. Dus ik zag die keramiek meer als een ambacht, ik wilde een vaasje maken.”

“Maar goed, dat idee viel al snel in het water. En plots namen de beelden het van me over. Dat gebeurt tegenwoord­ig vaak. Iets neemt het van me over, en ik kom tot mijn eigen verbazing tot een schokkende conclusie.”

Wat was hier de conclusie?

“Het is niet makkelijk om erover te praten, maar het voelt alsof de beeldjes in staat waren onderhuids sluimerend­e gevoelens aan te raken over de dood van mijn kind. Muziek kon dat niet op die manier, maar de keramiek vertelde me dat ik blijkbaar worstelde met mijn eigen betrokkenh­eid – of schuld – als vader bij de dood van Arthur. Het klinkt naïef, maar ik wist echt niet dat die emoties me bezighield­en tot ik deze beelden maakte.”

“Maar die betekenis kwam dus echt pas later. Toen ik begon, ging het over hoe het eruitzag en hoe de kleuren werken. Net zoals ik bij songs vooral een aangenaam muziekstuk wil maken, met teksten die energiek en vitaal zijn. De betekenis van de songtekst onthult zichzelf later, vaak pas wanneer ik ze op het podium speel. Dan zing ik een lied en denk ik ineens: oh mijn God, dát is waarover dit gaat!”

De kleur van de keramiek is belangrijk. U kreeg paniekaanv­allen omdat u de foute kleur rood had gebruikt.

“Toen ik ermee begon, had ik nog niet in de hand welke kleur precies uit de oven komt na het glazuren. Intussen lukt dat beter. Ik laat me bij het glazuren intussen bijstaan door een eeneiige tweeling die keramiek maakt.”

“De kleuren waren belangrijk, omdat ze symbolisch zijn, zoals in de schilderij­en van Edvard Munch. Ik hou van zijn ongecompli­ceerde, bijna kinderlijk­e gebruik van kleur. Als hij iets over jaloezie wilde maken, gebruikte hij groen. Rood staat voor geweld, zwart voor de dood. Zijn symboliek is heel direct, en daar hield ik van, dus ik gebruik kleur op dezelfde manier.”

De symboliek mag dan simpel zijn, de beelden zijn ook enigmatisc­h. Zo is er Devil enters town in disguise, gekleed als vrouw. Waar gaat dat over?

“Ja, dat is een raar beeldje. Weet je, er zit veel humor in. Ze zijn grappig tot ze het niet meer zijn. Mijn favoriet is Devil’s first love. Je ziet hem, met zijn ondeugende gezicht, naast een naakte vrouw. Het is best een kwaadaardi­g beeldje: hij begint borsthaar te krijgen en er komt een raar rood ding uit zijn rug. Hij zit vol lust, terwijl de vrouw er passief bij zit. Ze is gebaseerd op het schilderij

Puberteit van Munch, waarop een meisje stijfjes op de rand van een bed zit. Daar heb ik veel naar gekeken toen ik aan dit beeld werkte. Ik ben heel blij met haar algehele staat van levenloosh­eid.

(lacht) Het is een ongemakkel­ijk werkje, het heeft een wicked energy, en daar hou ik van.”

Keek u nog naar andere schilderij­en bij het kleien?

“Ik keek veel naar religieuze kunst, maar dat doe ik altijd. En zo kreeg ik het idee dat elk van de beeldjes een uitnodigin­g kan zijn tot meditatie, zoals de staties van de kruisweg, de passie van Jezus.”

Maar u hebt niet evenveel staties gemaakt. Zeventien in plaats van veertien. Tijdens de lockdown was u thuis, had plots tijd voor uw gezin, maar u stopte die tijd vol met projecten: keramiek, het interviewb­oek...

“Het waren wel projecten die ik thuis kon doen. Maar inderdaad, dat is wat ik doe: ik werk. Altijd. Tijdens de lockdown is mijn moeder in Australië overleden. Ik mocht er niet heen. Ze lag op sterven in een ziekenhuis in Melbourne en ik praatte met haar via de ipad die mijn zus voor mijn moeder vasthield. Het was een heel vreemde tijd.”

“Ook raar: mijn moeder overleed net op de dag waarop ik met Corin Johnson had afgesproke­n om te beginnen met keramiek. Ik wilde de afspraak afzeggen, maar Susie (zijn vrouw, red.) zei: ga en maak je keramiek, doe je werk. En verbazingw­ekkend genoeg werd het een mooie dag: ik begon te werken met de klei en ook al heb ik toen niets goeds gemaakt, het haalde me weg uit mijn hoofd. Het voelde juist.”

Uw vrouw wist dat u het nodig had om iets te gaan doen?

“Misschien wilde ze gewoon mijn geknies niet in huis. (lacht) Nee, zij weet hoe ik in elkaar zit. Zij heeft hetzelfde gedaan na de dood van Arthur. Niet onmiddelli­jk, maar uiteindeli­jk is ze opgestaan uit de duisternis en is ze vol kracht jurken beginnen te maken voor haar merk The Vampire’s Wife. Het was buitengewo­on om te zien hoe ze energie kreeg van haar werk.”

“Vlak na Arthurs dood was Susie niet in staat om iets te doen. Ze lag in een donkere kamer. En plots belde een vriendin van haar. Ze moest naar een evenement en vroeg aan Susie om een jurk te maken. Een afschuweli­jke vraag om te stellen aan een moeder die haar kind verloren is, maar Susie heeft het gedaan. En de jurk was prachtig. Zo is ze beginnen te ontwerpen.”

Jullie zijn als koppel sterker geworden door de dood van Arthur.

“Ja, onze relatie is gebouwd op liefde én catastrofe. Gedeelde rouw kan je dichter bij elkaar brengen. Maar veel relaties overleven de dood van een kind niet, ik denk 75 procent. Wij hebben geluk gehad.”

‘The devil – A life’, Xavier Hufkens, Brussel, tot 11 mei.

“Mijn kruisweg is langer.”

“Toen ik tijdens de lockdown thuis was, keek ik naar een van die dingen en ik dacht: dat kan ik ook”

“De keramiek vertelde me dat ik worstelde met mijn betrokkenh­eid bij de dood van Arthur. Het klinkt naïef, maar ik wist niet dat die emoties me bezighield­en tot ik deze beelden maakte”

 ?? ??
 ?? ??
 ?? © COURTESY: NICK CAVE AND XAVIER HUFKENS, BRUSSELS ?? Pas toen hij over het beeldje links praatte, besefte Cave dat zijn werk ging over het worstelen met de dood van zijn zoon. Rechts: zijn favoriete beeldje.
© COURTESY: NICK CAVE AND XAVIER HUFKENS, BRUSSELS Pas toen hij over het beeldje links praatte, besefte Cave dat zijn werk ging over het worstelen met de dood van zijn zoon. Rechts: zijn favoriete beeldje.
 ?? © LIV & DOM ?? Nick Cave aan het werk: “Figuratiev­e sculpturen zijn weerloos. Ik heb het gevoel dat ik ze moet verdedigen, zoals je je kinderen verdedigt.”
© LIV & DOM Nick Cave aan het werk: “Figuratiev­e sculpturen zijn weerloos. Ik heb het gevoel dat ik ze moet verdedigen, zoals je je kinderen verdedigt.”
 ?? ??
 ?? © COURTESY: NICK CAVE AND XAVIER HUFKENS, BRUSSELS ?? De beeldjes zijn gebaseerd op de postuurkes die in de 19de eeuw in Engeland gemaakt werden. Links: de duivel is veranderd in Nick Cave, mét kostuum.
© COURTESY: NICK CAVE AND XAVIER HUFKENS, BRUSSELS De beeldjes zijn gebaseerd op de postuurkes die in de 19de eeuw in Engeland gemaakt werden. Links: de duivel is veranderd in Nick Cave, mét kostuum.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium