De Belgische politiek degradeert zichzelf
Het binnenhalen van de functie van Europees commissaris voor Crisismanagement is de eerste prestatie van de vermoedelijk toekomstige federale Arizona-coalitie. Qua macht verkwanselen, invloed opgeven, de prioriteiten missen en ambitie terugschroeven, is dit een groot moment voor de Belgische politiek. Hadja Lahbib hield er gisteren net na de bekendmaking de moed in bij een informeel momentje met journalisten, maar haar nieuwe functie zal bestaan uit vaak in het vliegtuig zitten, onderweg naar rampgebieden, om daar fotomomenten te organiseren teneinde de vrijgevigheid en solidariteit van Europa te illustreren. Voorts zal ze veel papers en nota’s kunnen opstellen over gelijkheid, een andere bevoegdheid. Slagkracht heeft ze nauwelijks, het weinige dat Europa qua rampenbestrijding kan betekenen, ligt vast in procedures, en bij grote rampen zal Commissievoorzitter Ursula von der Leyen het zelf wel overnemen.
Terwijl Lahbib naar bosbranden en hongersnoden vliegt, zullen de Europees commissarissen van Frankrijk, Italië en Spanje de krijtlijnen trekken voor een nieuw industrieel beleid, beslissen ze over de regels voor overheidssteun en groene investeringen, en leggen ze het raamwerk vast voor investeringen in technologische innovatie en de groene transitie. Grote landen, inderdaad. Maar de Baltische staten en Finland leveren twee vicevoorzitters onder wie de Hoge Vertegenwoordiger voor het buitenlands beleid, ze mogen een Europese ambitie op het vlak van defensie ontwikkelen, een prioriteit voor deze Commissie, en de technologische soevereiniteit en veiligheid aanscherpen. Luxemburg, dat niet geboekstaafd staat als agroreus, sleept het cruciale Landbouw binnen. Wopke Hoekstra krijgt de portefeuille voor klimaat en net-zero, hoewel de Nederlandse regering van Euro-enthousiasme noch van klimaatambitie verdacht kan worden, en Hoekstra zelf tot vorig jaar niks met klimaat had.
Precies die versobering tekent deze Commissie, die vreest dat ze de burger te veel op stang heeft gejaagd en nu pragmatisch moet zijn. Er zijn flinke koerswijzigingen op komst, zeker qua industrieel beleid, staatssteun, competitiviteit. Maar aan de tafels waar de echte kaarten worden geschud die de komende vijf jaar ook de Belgische economie en alle niveaus van politiek zullen bepalen, is België volslagen afwezig. De Vlaamse partijvoorzitters zeiden expliciet dat het hun niet interesseert. Ooit bestierde Wilfried Martens als christendemocraat de almachtige centrumrechtse EVP. Nu vindt een toekomstige centrumrechtse Belgische regering geen enkele aansluiting bij een volledig door de EVP gedomineerde Commissie. De Belgische politiek degradeert zichzelf. En zo degraderen de partijvoorzitters ook de macht van hun kiezers. Alles voor de gemeenteraadsverkiezingen, want ja, die willen ze wel winnen.
Qua macht verkwanselen en ambitie terugschroeven, is dit een groot moment voor België