Artisanale koffiebrander is hot: “Onze smaak vind je niet bij traditionele merken”
In België kwamen er in het afgelopen decennium meer dan 50 koffiebranderijen bij. Het Leuvense Mok Coffee was er al bij van het prille begin. “Iedere koffieboon heeft zo zijn specifieke sweet spot.”
“Dit lijkt nergens naar, weg ermee.” Jens Crabbé (34) is onverbiddelijk voor het kopje dampende koffie dat voor zijn neus staat. We staan in de koffiebranderij van Mok Coffee in Vilvoorde, waar zaakvoerder Crabbé bezig is met een smaaktest voor een mogelijke nieuwe leverancier. De importeur heeft de koffie zelf gebrand, en deze blijkt veel te donker. “Van de originele smaak blijft niets over, ik proef enkel nog verbrande tonen”, zegt Crabbé. “Dit had eender welke koffie uit de supermarkt kunnen zijn.”
Crabbé startte in 2012 met zijn eigen specialty koffiebranderij Mok Coffee. Hij was toen amper 21 jaar oud. Het bedrijf begon als een kleine speciaalzaak in Leuven, maar groeide de voorbije twaalf jaar uit tot een internationale speler op de koffiemarkt, met klanten tot in China en de Verenigde Staten. Mok verwerkt elke maand zo’n 4 ton ruwe koffiebonen, goed voor een jaarlijkse omzet van 1,8 miljoen euro.
De branderij in Vilvoorde is het kloppende hart van Mok. Voordat ruwe, groene koffiebonen klaar zijn voor gebruik, worden ze traditioneel eerst verhit in een koffiebrander. Daardoor krijgen ze hun typische smaak en kleur. “Door het branden haal je het maximale potentieel uit de koffiebonen”, zegt Crabbé. “Brand je te licht, dan krijg je koffie die naar hooi smaakt.
Brand je te donker, dan is hij droog en bitter. Iedere koffieboon heeft zo zijn specifieke sweet spot.”
Ook de klant heeft volgens Crabbé een grote invloed op de uiteindelijke smaak. “Koffie bestaat voor 98,5 procent uit water, de kwaliteit van het gebruikte water is dus belangrijk. Zo gebruik je best water met een laag bicarbonaatgehalte, zoals Spa en Volvic. Je proeft meteen het verschil.”
Supermarkt
De gebruikte koffieboon blijft wel het belangrijkste element van een kop koffie. “Het aanbod bij Mok is relatief beperkt en volgt de seizoenen”, zegt Crabbé. “Onze koffiebonen komen uiteraard uit typische landen als Brazilië, Colombia of Ethiopië, het geboorteland van koffie. Een goede, betrouwbare samenwerking met onze leveranciers is daarbij even belangrijk als de kwaliteit van de koffiebonen.”
Aan die kwaliteit hangt een prijskaartje: “We zijn zeker niet de goedkoopste op de markt, maar de prijs van koffie is sowieso relatief laag”, zegt Crabbé. “Voor een speciaalbier betaal je in verhouding een stuk meer.”
Mok verkoopt zijn bonen rechtstreeks aan ongeveer 500 koffiebars over de hele wereld, of via de webshop en abonnementen aan particuliere klanten. In de supermarkt zijn de bonen niet te vinden.
Dat is een bewuste keuze, zegt Crabbé. “Koffie drink je best tot maximaal twee maanden na het branden”, zegt hij. “In de supermarkt heb ik daar geen controle over: wie weet liggen mijn koffiebonen er al zes maanden op het schap. Dat schaadt de reputatie van mijn product.”
Koffiebeleving
De koffiesector is het voorbije decennium sterk in omvang toegenomen. Volgens Statbel zijn er momenteel 181 ondernemingen actief op de koffie- en theemarkt. In 2010 waren dat er nog 98. Vooral kleine, lokale koffiebranderijen schoten als paddenstoelen uit de grond: “De afgelopen tien jaar zijn er naar schatting meer dan 50 microbranderijen bijgekomen”, zegt Petty De Sloovere van het Koninklijk Verbond van Koffiebranders. “Vooral in steden als Leuven, Brussel, en Antwerpen zie je ze steeds meer.”
Bij Mok maken ze zich weinig zorgen om de groeiende binnenlandse competitie: “De concurrentie houdt mij scherp”, lacht Crabbé. “Maar sowieso zetten wij met onze branderij sterk in op de internationale markt.” Zelf kan hij de toename van koffiebars en -branderijen alleen maar toejuichen: “Klanten krijgen zo steeds makkelijker toegang tot een grote verscheidenheid aan koffiesmaken”, zegt Crabbé.
Grote spelers moeten zich volgens De Sloovere niet ongerust maken over de opkomst van de microbranderij. “Lokale speciaalzaken trekken een totaal ander publiek dan de mainstream merken”, klinkt het. “Klanten van kleine branderijen willen persoonlijk contact en zijn op zoek naar smaken die je niet vindt bij traditionele koffiebedrijven.”
Klimaatverandering
Maar ook de koffiesector wordt geplaagd door de klimaatverandering. De specifieke omstandigheden waarin koffiebonen kunnen groeien, dreigen door de opwarming van de aarde immers te verdwijnen. Recent onderzoek toont aan dat het gebied waarop koffiebonen gekweekt kunnen worden, tegen 2050 gehalveerd zal zijn. Dat laat zich voelen in de prijs: De algemene koffieprijs steeg over de voorbije twee jaar met ongeveer 25 procent.
“Koffiebranders betalen tegenwoordig aanzienlijk hogere prijzen voor groene koffiebonen”, zegt De Sloovere. “Uiteindelijk rekenen ze die door aan de klant.” Microbranders hebben wel het voordeel dat hun klanten al gewend zijn aan hogere prijzen. “Bij de kleine speciaalzaak is koffie sowieso duurder”, zegt De Sloovere. “Klanten van die branderijen zijn vooral op zoek naar een bepaalde kwaliteit, voor hen is de prijs minder van tel.”
Crabbé bevestigt dat zijn klanten inderdaad bereid zijn meer te betalen voor kwaliteitsvolle koffie. Toch kijkt ook hij met enige bezorgdheid naar de toekomst. “Door de klimaatverandering zal de koffieprijs blijven stijgen”, zegt hij. “Op termijn is dat nefast voor onze stiel.”