Gelijke kansen voor iedereen, dus ook voor jongens
De discriminatie van jongens is al 30 jaar aan de gang, en niet alleen in het onderwijs, schrijft Jan De Zutter. Niemand ligt er wakker van. Hoeft het te verbazen dat ze gefrustreerd raken?
De Standaard legt in haar reeks over de genderkloof in het onderwijs eindelijk en terecht de vinger op een wonde die al enkele decennia aan het etteren is. Jongens scoren in het onderwijs slechter dan meisjes, blijven vaker zitten, komen vaker in aanraking met het CLB, stromen minder vaak door naar het hoger onderwijs, halen daar ook minder diploma’s. Nieuws is dat niet eens, maar niemand was er echt in geïnteresseerd.
Als het omgekeerde zich zou voordoen – en het omgekeerde heeft zich wel degelijk voorgedaan – dan zou het alle hens aan dek zijn om meisjes dezelfde kansen te geven als jongens. Geheel terecht. Jongens en meisjes, mannen en vrouwen moeten niet alleen dezelfde rechten hebben, ze moeten ook dezelfde kansen krijgen.
Ik zal niet beweren dat de strijd voor vrouwenrechten in Europa gestreden is, dat is zeker niet het geval, maar als ik het vergelijk met mijn jeugdjaren, toen we nog van onze stoel vielen toen we de eerste vrouw een tram zagen besturen, ligt het ergste toch achter ons. Emancipatie is een lang en lastig proces en ik heb altijd in de voorhoede gestaan om vrouwen of andere minderheidsgroepen mijn volle steun te geven in hun strijd.
Ik heb wel gemerkt dat het veel moeilijker is om jongens en mannen te steunen als ze maatschappelijk in de problemen komen. Ze hebben het zelf gezocht, is nagenoeg altijd de analyse. De genderkloof in het onderwijs toont dat aan. Dat we al meer dan dertig jaar tolereren dat jongens kansen ontnomen worden en dat vandaag experts beweren dat ze er geen idee van hebben hoe het komt dat jongens zoveel slechter presteren, is schokkend.
Ik heb daar wél een idee van: het ligt misschien aan een gebrek aan respect voor jongens. We moeten heel voorzichtig zijn en niet met twee, maar zelfs met drie woorden spreken, want de problematiek is complex. Er is uiteraard niet zoiets als ‘de jongen’ en ‘het meisje’, maar in de podcast die De Standaard publiceerde, werd het al een beetje uitgelegd: in het algemeen zijn er wel degelijk biologische verschillen én er bestaan nog altijd rolbevestigende patronen. De cocktail van ‘nature and nurture’ leidt ertoe dat jongens vaak jongensachtig gedrag vertonen en meisjes meisjesachtig gedrag.
Mannen kunnen geen slachtoffer zijn, alleen daders, zoals in het onderwijs de jongens vooral ‘stout’ zijn
Wild, luidruchtig, lastig
Jongensachtig gedrag wordt niet langer maatschappelijk geapprecieerd. Jongens zijn wild, luidruchtig, lastig, vervelend, terwijl meisjes makkelijker samenwerken, rustiger zijn en iets langer hun concentratie kunnen aanhouden. Het onderwijs hecht veel belang aan ‘meisjeskenmerken’ en verwerpt ‘jongenskenmerken’. Ik polste bij mijn zoon van zeventien naar de talrijke opdrachten die hij heeft gekregen om samen aan een taak te werken. “De meisjes vinden dat zalig”, zei hij. “Ze gaan bij elkaar op bezoek en knutselen samen aan dat kunstwerkje dat we moesten maken naar aanleiding van onze uitstap naar Parijs. Wij vonden dat ellendig. Want het komt er bij ons altijd op neer dat één jongen alles moet doen en de rest profiteert.”
Jongens lijken competitiever ingesteld dan meisjes, maar competitiviteit wordt beoordeeld als een zwakte in een gefeminiseerd onderwijslandschap. Je krijgt alleen punten voor cooperatie. Het zou eerlijker zijn mocht er zowel op competitie als op coöperatie beoordeeld worden, dan zijn de kansen ongeveer gelijk. Jongens die goed scoren op coöperatie, zouden daar trouwens ook mee gediend zijn.
De problematiek is vanzelfsprekend complexer dan de voorbeelden die ik aanhaal, maar de algemene vaststelling is wel dat wat jongens doen minder waardering oogst dan wat meisjes doen. Dat is niet alleen zo in het onderwijs. Jongens tellen wel vaker niet mee. In het nauwelijks bestaande debat over genitale verminking is besnijdenis bij meisjes verboden, terwijl het bij jongens niet alleen toegelaten is, maar zelfs wordt aangemoedigd met een forse terugbetaling door de overheid. Jongens hebben geen fundamenteel mensenrecht op lichamelijke autonomie en integriteit. Meisjes wel. Niemand ligt daar wakker van.
Ook in de discussies over fysiek geweld gaat de meeste aandacht naar geweld tegen vrouwen, terwijl alle cijfers aantonen dat mannen veel vaker het slachtoffer van geweld zijn dan vrouwen. Maar er is geen actieplan om geweld tegen mannen aan te pakken. Want mannen kunnen geen slachtoffer zijn, mannen zijn uiteraard alleen daders, zoals in het onderwijs de jongens vooral ‘stout’ zijn.
Radicaliserende mannen
Ik riskeer met mijn pleidooi voor mannen in een kamp geschoven te worden waarin ik niet thuishoor, met name dan van de nieuwe ‘rechts-radicale mannelijkheid’. Hoe verwerpelijk en walgelijk ik dat soort brutale mannelijkheid ook vind, ze is deels te verklaren door de verwaarlozing van de rechten van jongens. Jongens die achtergesteld worden, zoals nu duidelijk het geval is in het onderwijs, raken uiteraard gefrustreerd.
We moeten daar niet onnozel over doen: een gefrustreerde man is een gevaarlijke man. Het is geen toeval dat de daders van al dat geweld tegen mannen ook mannen zijn. Gefrustreerde mannen radicaliseren. De oprukkende radicaal-rechtse partijen worden in hoofdzaak bevolkt door mannen en ze buiten de frustraties van mannen uit om hun vernietigende agenda door te drukken. Met de slogan ‘reclaiming masculinity’ propageren ze niet alleen geweld, maar ook de onderdrukking van vrouwen. Dat lijkt hen zelfs te lukken, want de tradwives, die menen dat hun plaats achter het fornuis is en graag hun man een biertje brengen na zijn harde werkdag, zijn weer in opmars.
Dat is uiteraard niet het toekomstbeeld dat ik, en met mij veel progressieve mannen, voor ogen heb. Waar ik voor pleit is radicale gelijkheid. Echt gelijke rechten en kansen. Als die gelijke rechten en kansen geschonden worden, voor wie dan ook, is het onze opdracht om in te grijpen.
Er is al meer dan dertig jaar een probleem in het onderwijs, waar gelijke kansen voor jongens niet meer bestaan. Mannen én vrouwen hebben er alle belang bij dat dit aangepakt wordt. Want we dreigen samen het slachtoffer te worden van de verwaarlozing van onze jongens.