Wat je vooraf moet en wil weten
1. Is het ver?
Wij hebben vijf dagen gewandeld, tussen 5 en 7 uur per dag, met één keer een klim van duizend meter. Er zijn uiteraard ook langere tochten in het massief van de Thabor mogelijk. Alle hutten, en suggesties voor trektochten (van één tot vijftien nachten), zijn te vinden op www.refugesclareethabor.com. Opgelet, tijdig reserveren is nodig. Dat kan online.
2. Wat moet je aankunnen?
Met een gezonde fysieke conditie en voldoende wandelervaring is deze tocht goed te doen. Omdat in elke hut eten en picknick te verkrijgen is, volstaat een trekrugzak van veertig liter. Wandelstokken zijn sterk aangeraden.
3. Waar moet je tegen kunnen?
Gesnurk, zweetgeur, gedeeld sanitair, korte douches, stapelbedden, eten wat de pot schaft, onbekend gezelschap, zoutloze soep, geen bereik, …, kortom, het eenvoudige en gedeelde verblijf in een berghut. Die soep was trouwens met wat extra peper en zout best lekker. Neen, serieus, we hebben heerlijk gegeten in de hutten. En oordopjes zijn echt wel een goede tip.
4. Wat wil je zeker op de foto hebben?
Geen foto kan de vergezichten in de bergen echt vatten. Maar let ook op de kleine dingen. Door foto’s te maken van de bloemen, ben ik extra aandachtig geworden voor de schoonheid en variëteit van de bloemenpracht.
5. Hoe begin je eraan?
Valmeinier, ons vertrekpunt, ligt op 950 kilometer van Antwerpen. Wij zijn met de auto gegaan. Het dichtstbijzijnde treinstation is Saint-Michelde-Maurienne. Vandaar valt er een shuttle of taxi te nemen.
Een andere toegang tot het massief van de Thabor is Névache in de Vallée de la Clarée, te bereiken vanuit Briançon of via Italië. Dit is wel heel wat verder rijden. De weg eindigt in Névache.