De Standaard

Sapperloot, potverdrie­dubbeltjes!

- Marc Reynebeau

Langs de Vlaamse wegen staan nu officiële borden die zich bedienen van woorden die zelfs in de informalit­eit van de keukentafe­l de wenkbrauwe­n doen fronsen, zeker als er minderjari­gen in de buurt zijn. Het betreft woorden als ‘klojo’, ‘loser’ en ‘halve zot’. En een slecht voorbeeld is gauw nagevolgd. Meteen was ook het woord ‘f*ck’ ongeblurd te zien op beelden in de krant en op tv.

Het is Vlaams minister van Alle Liberale Zaken Lydia Peeters (Open VLD) die zich middels de eerste drie scheldwoor­den tot ons richt, via haar Agentschap Wegen en Verleer. Dat bedacht een campagne die automobili­sten verzoekt om zich aan de wet te houden en geen gebruik te maken van een rijstrook als die gesloten is. Anders ben je dit of dat.

Het is uitkijken met scheldwoor­den. Dat leert die ‘f*ck’, zuinig gespeld als ‘FCK’. Dat is wat een ‘antifa’ toegevoegd kreeg op een keurig voorbereid­e pancarte van een groepje supporters van Club Brugge. Die maakten middels een variant van de Hitlergroe­t bezwaar tegen jonge voetballer­tjes in wie de supporters “extreemlin­kse provocateu­rs” hadden ontwaard. Die tieners hadden, op eigen veld, slechts te kennen gegeven dat ze niet gesteld zijn op racisme in de sport. Maar die mening mag niet geuit worden, vonden de Brugse ultra’s, want ze is “dictatoria­al” en “extremisti­sch”, al valt daartegen wel in te brengen dat antiracism­e besloten ligt in de kern van de rechtsstaa­t. De ultra’s adstrueerd­en hun zienswijze met dat seksueel getinte scheldwoor­d. Dat strookt met wat weleens te horen viel bij Nederlands protest tegen het asielbelei­d: het manhaftige “daar moet een p* in”.

Dat het Brugse meningsver­bod toch niet overal in goede aarde viel, doet Vlaams parlements­lid Stefaan Sintobin (Vlaams Belang) nu vrezen dat “mede door de strengere controles helemaal niets meer kan in het voetbalsta­dion”, zelfs niet zo’n bede om wat begrip voor het neonazisme. Strengere controles, dat is ook wat het Vlaamse agentschap belooft. In zijn vast politiek correcte cancel culture mag ook bij Wegen en Verkeer helemaal niets meer, zelfs niet de wet overtreden door op een gesloten strook te rijden.

Het is maar hoe je het zegt. Maar zijn de ter afschrikki­ng bedoelde scheldwoor­den wel adequaat? Misschien niet, want ze leiden de aandacht af van de essentie. Dat fletse ‘halve zot’ (waarom niet meteen een hele?) dreigt mensen met een mentaal probleem te stigmatise­ren, ja, tot een zondebok te maken. Want veel overtreder­s beseffen toch heel goed wat ze doen, met de berekening dat het op die verboden rijstrook lekker opschiet.

Met ‘loser’ is het nog erger. Het woord stamt uit een akelige mentalitei­t die winnaars en verliezers in een uiterst individual­istische zero sumverhoud­ing tegenover elkaar stelt. Wat de ene wint, verliest de andere. Dat denken berust op de dwang van een permanente darwinisti­sche concurrent­ie, waarin het ieder voor zich is en waarin geen door samenwerki­ng gestutte gemeenscha­p mag bestaan. Bij rijstrookp­iraterij verliest evenwel alles en iedereen, de verkeersve­iligheid het eerst. De rijstrookr­abauw denkt net dat al wie hij voorbij zoeft de losers zijn, zij die keurig, vol verantwoor­delijkheid­sbesef en civisme in de file hun beurt afwachten. Die overtreder zal Lydia Peeters’ verwijt dus niet eens begrijpen. Alleen daarom al verschaft de overheid maar beter geen legitimite­it aan reductioni­stische dichotomie­ën over winners versus lossers.

Ook om nog een andere reden: ‘loser’, in de betekenis van sukkel, en zeker het uit Nederland aangewaaid­e ‘klojo’, zijn pas relatief recent gangbaar geworden. Ouderen zijn er nog niet erg mee vertrouwd, jongeren wel. Met beide woorden wekt het Agentschap de indruk dat het bejaarde verkeerskn­oeiers wil ontzien en dat het, door die jeugdtaal in te zetten, jongeren stigmatise­ert. Dat is, qua jongerenta­al, wel superhefti­g.

Een ‘klojo’, zegt Van Dale, is een sufferd, een klungel, dom en onhandig. Bij zo iemand zal, qua rijstrookh­andhaving, een nieuw rijexamen eerder aangewezen zijn dan een scheldpart­ij. Maar ‘klojo’, zegt het scheldwoor­denboek, kan ook een ‘kwaadaardi­ger’ type kluns zijn, ja, een ‘rotzak’. Zo iemand deert het niet om te worden uitgeschol­den en is allicht meer gebaat met een inburgerin­gscursus.

Potverdrie­dubbeltjes, drie krachtterm­en, drie mislukking­en. Het is sapperloot niet simpel om hooligans tot een beetje sociale harmonie te motiveren.

Marc Reynebeau probeert deze zomer de vlam gaande te houden, ook buiten de sport.

 ?? ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium