Overheid weet zelf niet wat adoptieouders betaalden
De adoptiedienst Het Kleine Mirakel krijgt extra subsidies voor de opvolging van adoptiegezinnen die daar eerder al bij een andere dienst voor betaalden. De Vlaamse overheid en het VCA hebben daar blijkbaar geen weet van.
Tientallen adoptieouders werden vorige week in een mail van het Vlaams Centrum voor Adoptie (VCA) aangemaand om aan hun “nazorgplicht” te voldoen. Dat betekent dat ze moeten meewerken aan een jaarlijkse rapportage over hoe het met hun adoptiekind gaat. Die wordt dan opgestuurd naar het land van herkomst. Adoptieouders noemen het daarom liever een “opvolgplicht”. “Als je echt zorg nodig hebt, moet je daar zelf naar op zoek”, zeggen diverse ouders op sociale media.
In een eerste brief liet het VCA verstaan dat Het Kleine Mirakel (HKM) de opdracht heeft gekregen om alle adoptiegezinnen op te volgen voor deze rapportage aan de herkomstlanden. Dat aanbod is kosteloos. In die brief, die De Standaard kon inkijken, stond: “Vanuit het VCA zorgen wij ervoor dat HKM bijkomende subsidies krijgt om deze nazorg voor jouw gezin kwaliteitsvol verder te zetten.”
Het Kleine Mirakel is voorlopig de enige overblijvende adoptiedienst, nadat Fiac en Ray of Hope er eerder dit jaar mee stopten. Er loopt een procedure om voortaan één adoptiedienst voor interlandelijke adopties te erkennen. Die liep ernstige vertraging op, nadat de drie diensten er niet in waren geslaagd om samen een voorstel in te dienen.
Het is een van de redenen waarom sommige ouders verkiezen om niet bij Het Kleine Mirakel aan te kloppen. Anderen hadden eerder een slecht contact met die adoptiedienst. Weer anderen oordelen dat HKM hen en hun adoptiekind niet kent, en dat ze er ook nooit een contract mee hebben afgesloten. Dat lieten deze gezinnen weten aan het VCA.
“Extra betalen is te zot voor woorden, want wij hébben dit al betaald aan de adoptiedienst Fiac, die is opgedoekt” Isabelle Feys Moedervan2adoptiekinderen
Daarop liet het VCA vorige week weten dat ze zich bij het Steunpunt Adoptie moeten melden, maar daar zullen ze wél moeten betalen: 60 euro om te beginnen, en vervolgens ook nog alle bijkomende kosten voor vertaling, beëdiging en verzending – wat snel oploopt tot een paar honderd euro (DS van 12 juli). Het Steunpunt krijgt nochtans zelf ook jaarlijks ruim een half miljoen euro aan subsidies.
“Wij hebben ons er destijds toe verbonden om mee te werken aan die jaarlijkse opvolgrapportjes. Ik zie daar ook de zin wel van in. Maar onze kinderen zijn 16 en bijna 18, dus voor ons hoeft het nu niet meer zo nodig. En zeker niet als er extra voor betaald moet worden. Dat is te zot voor woorden, want wij hébben dit al betaald, aan de adoptiedienst Fiac, die is opgedoekt”, zegt Isabelle Feys, moeder van twee kinderen die in Ethiopië zijn geboren.
“Jaarlijks kwam er iemand van Fiac om vragen te stellen en een rapport op te maken. Dat zat mee in het adoptiecontract dat wij destijds hebben afgesloten.”
Geen zicht
Vlaams minister van Welzijn Hilde Crevits (CD&V) zegt bij monde van haar woordvoerster dat ze begrijpt dat gezinnen geen twee keer willen betalen voor hetzelfde. Ze zegt geen zicht te hebben op de omvang van het probleem en vraagt dat de betrokken adoptiegezinnen ook dit melden aan de VCA. Daar is te horen dat ze, tot nu, van vijf gezinnen dergelijke signalen kregen. Het VCA heeft daarom een financiële inspectie gevraagd bij de opgedoekte adoptiediensten.