Met de Munt naar het land van de munster
Voor het eerst in goed twintig jaar trok het symfonieorkest van de Munt de landsgrenzen over. “Voor de klank van het orkest is het essentieel om dat regelmatig te doen.”
Parijs, Barcelona, New York, Japan … nauwelijks twintig jaar geleden waren dat soort (verre) concertreizen nog een gewoonte voor de musici van de Munt. Tijden veranderen. Verplaatsingskosten, hotels en per diems voor minstens zestig personen, om over het transport van al die instrumenten maar te zwijgen ... een volledig symfonisch orkest boeken is voor veel organisatoren simpelweg onbetaalbaar geworden. Maar soms doet zich alsnog een kans voor. Bijvoorbeeld wanneer je chef-dirigent het ook voor het zeggen krijgt op een gerenommeerd muziekfestival. Sinds 2023 leidt Alain Altinoglu het Festival International de Colmar, een gedroomde mogelijkheid dus om zijn Brusselse troepen ook naar de Elzas te halen.
“Het was veel te lang geleden”, vertelt een muzikante die al meer dan dertig jaar bij het orkest speelt op de bus. “Je leert je collega’s op een andere manier kennen, alles verloopt wat losser. En dat heeft allemaal een impact op de muziek. Natuurlijk is het ook gewoon fijn om voor je werk een keertje naar het buitenland te mogen, maar ik denk dat het voor de klank van een orkest essentieel is om dat regelmatig te doen.”
Brave bende
Maak u trouwens geen te wilde voorstellingen van de busreis, alle clichés mogen meteen op de schop. Neen, er staat geen klassieke muziek op. Wanneer we aan boord klimmen, klinkt ‘Car wash’ van Christina Aguilera, wat later neuriet een van de muzikanten mee met Amy Winehouse. Er barst geen wilde braspartij los zodra we de Brusselse binnenring verlaten hebben. Een paar strijkers spelen samen een spelletje, wat musici nemen hun partituren nog een keer door. De meesten lezen een boek of scrollen ietwat verveeld op hun smartphone. Het Muntorkest is braver dan een troep middelbare scholieren op excursie.
“Het is voor iedereen een lang en slopend seizoen geweest”, verklaren de orkestmanager en -inspiciënten ’s avonds na aankomst bij een bord spätzle. “De repetities voor deze twee concerten vielen bovendien samen met de slotweek van Turandot, waarbij nog een aantal mensen ziek zijn uitgevallen en last minute vervangen moesten worden. Het zijn zaken die van buitenaf niet mogen opvallen, maar die maken dat het allemaal nog extra hectisch en heftig werd.”
Ook de muzikanten zelf beamen trouwens dat het zwaar geweest is. Voor iedereen begint na het festival de zomervakantie – al is die ook ingekort, om de repetities voor de openingsproductie Siegfried in september rond te krijgen.
Individueel tot een sterk geheel
Toch lijkt de nieuwe omgeving verkwikkend te werken. Er wordt een jogtochtje door de omliggende velden op poten gezet, waarbij concertmeester Saténik Khourdoian de groep samenhoudt. De lokale rumbar kent al snel geen geheimen meer voor enkele percussionisten – sommige clichés bestaan blijkbaar toch met een reden. Bovenal valt het hele weekend een gevoel van samenhorigheid op.
“Er heerst sowieso een fijne sfeer tussen de musici”, vertelt een van de houtblazers al lopend. “Als ik soms van collega’s hoor hoe competitief het er bij hun orkest aan toegaat, en welke intriges er kunnen spelen … Maar het is wel zo dat je die ambiance doorheen het jaar in Brussel wat uit het oog kunt verliezen. Je komt onvermijdelijk in een wat routineuzer werkritme terecht. Naast je job heb je bovendien nog zo veel andere verplichtingen. Dus hoe tof je ze ook mag vinden, je komt er niet altijd toe om nog wat tijd met de collega’s te spenderen. Hier is die vrijheid er wel.”
Die teamspirit valt ook buitenstaanders op. Zeker na een paar dagen in het zonnige microklimaat rond de Vogezen. “Ik ben altijd blij als ik door het Muntorkest geëngageerd wordt”, klinkt het bijvoorbeeld bij een freelancemuzikante. “Ik werk met meerdere ensembles en orkesten samen, maar dit is gewoon zo een gezellige bende om mee te musiceren.” Zelfs als meegereisd journalist kun je niet anders dan dingen oppikken: de repetitie die ter ere van eerste viool Nana Kawamura begint met een symfonische versie van ‘Happy birthday’; de hartver
De lokale rumbar kent al snel geen geheimen meer voor enkele percussionisten – sommige clichés bestaan blijkbaar toch met een reden
warmende knuffel van de dirigent voor afzwaaiend altviolist Yves Cortvrint; zelfs het (ironieloze) brede glimlachen bij een opperst cliché als Pomp and circumstance van Edward Elgar.
Samen op tournee, het blijkt inderdaad essentieel voor de uitvoering. Want de gebouwtjes in de Colmarse binnenstad mogen nog zo feeëriek zijn, de felste kleuren kwamen dit weekend toch van een buitenshuis orkest.