Als een ziekenhuisdirecteur met een nazi vergeleken wordt
Soms besef je pas na een uitbrander van een lezer dat je ernaast zat. Deze week hadden we dat voor. “Onbegrijpelijk dat u deze man wegzet als ‘Dokter Mengele’”, schreef iemand na het zien van een artikel over de vrijlating van Mohammad Abu Salmiya, de directeur van Al-Shifa in Gaza. In dat ziekenhuis zou Hamas na de wrede aanval van 7 oktober twee gijzelaars hebben binnengebracht die het Israëlische leger later dood terugvond. Het leger houdt vol dat minstens een van de twee op het grondgebied van Al-Shifa is vermoord.
Dat Salmiya deze week vrijkwam – allicht wegens een gebrek aan bewijs van enige misdaad – leidde daarom tot een golf van razernij in Israël. Oppositiepoliticus Avigdor Lieberman foeterde zelfs: “Dit is geen arts, maar een Dokter Mengele.” En ja, die extreme, absurde uitspraak haalde de kop, zij het tussen wat we op de redactie ‘tsjoepkes’ noemen.
(Delen van) koppen tussen aanhalingstekens, onze lezers hebben er een haat-liefdeverhouding mee. Onze vroegere ombudsvrouw Karin De Ruyter schreef al eens een column over al die ‘tsjoepkestitels’. “Geregeld krijg ik opmerkingen van lezers over koppen die zij ‘misleidend’ of ‘partijdig’ vinden”, stond daarin. “Vaak blijkt dan dat ze de aanhalingstekens niet hebben opgemerkt, en de geciteerde uitspraak dus als een statement van de journalist lezen.”
De ombudsvrouw mag dan met pensioen zijn, de mails over titels met citaten zijn niet geminderd. Dat is niet gek, want wij maken ook niet minder van zulke titels. Misschien zelfs meer. Waarom? Omdat de citaten soms het nieuws vormen én omdat we merken aan onze online leescijfers dat een scherpe quote lezers prikkelt. En dan heb ik het niet over snelle clicks – die vinden we niet belangrijk – maar over een groot aantal mensen die het stuk uitlezen.
Dat betekent uiteraard niet dat we zomaar grijpen naar de sensationeelste quote. We wegen de relevantie af tegen de mogelijke negatieve impact, en proberen onze keuze duidelijk te kaderen. Zeker bij haatspraak, en zeker bij een gevoelig onderwerp als de oorlog in Gaza. Maar bij het stuk over Salmiya liep dat mis. Helaas zag ik dat pas de volgende dag in, toen de eerste lezer mailde: “Goed stuk, maar de titel is er ver over.” Slik.
“Waarom die kop? Het nieuwsfeit is dat Salmiya is vrijgelaten, niet dat hij door iemand beledigd werd”, mailde iemand anders. Dat klopt niet helemaal, de enorme woede in Israël was evengoed een deel van het nieuws. Zo was het ook gepitcht. Vanwege die pitch begreep ik meteen wat de redacteur wilde uitdrukken met de (online)titel die hij boven zijn stuk had gezet. Die luidde: ‘Israël razend om vrijlating “Dokter Mengele”, ziekenhuisdirecteur uit Gaza die zeven maanden marteling overleefde’.
Een extreme quote in de kop? Dat kan, als de relevantie opweegt tegen de mogelijke negatieve impact en we onze keuze goed kaderen. Bij het stuk over Salmiya liep dat mis
Wat een contrast, dacht ik. Een man die voor geen enkel feit schuldig bewezen is en maanden op een mensonterende manier is vastgehouden, wordt op gelijke voet geplaatst met de naziarts Josef Mengele, berucht om zijn lugubere medische experimenten. En niet door een internettrol die niet heeft opgelet in de geschiedenisles, maar door een Joodse politicus met een groot bereik. Dat we dat als nieuws brachten, is terecht.
Maar wie de bedoeling van de auteur niet kende, las de titel vaak heel anders. Zeker toen een pushmelding werd gestuurd, en mensen dus alleen die titel op hun telefoonscherm kregen. “Jullie versterken het Israëlische narratief over Salmiya”, sms’te iemand. Anderen waren dan weer verbolgen over het tweede deel van de titel. En inderdaad, de behandeling van Palestijnen in Israëlische gevangenissen is door meerdere mensen en hulporganisaties als schandalig omschreven, maar “zeven maanden marteling” is niet volledig hard te maken.
Wat de boel nog kwalijker maakte, was dat de titel in de papieren krant wegens plaatsgebrek korter door de bocht was dan de onlinetitel. ‘Vrijlating “Dokter Mengele” zet kwaad bloed in Israël’ stond daar. Dat je dan denkt dat deze krant het Israëlische discours overneemt, verwondert niet, ook al bewijst het – feitelijke en genuanceerde – artikel het tegendeel. Wat al helemaal niet hielp, was dat de passage waarin Lieberman Salmiya zo noemt, onderaan het stuk te vinden was. Voor het juiste kader moest je dus doorlezen tot aan het einde. Zo maak je het de lezer niet makkelijk je opzet te begrijpen.
Een journalist weet wat hij of zij precies bedoelt, en kan daardoor moeilijk met een afstandelijke blik kijken naar het artikel. Daarvoor hebben we eindredacteurs. Maar ook die slagen daar dus niet altijd in. Tijdsdruk of te veel voorkennis, kun je dan zeggen – en die zaken spelen ongetwijfeld mee – maar feit is dat we er hier te licht over zijn gegaan. Het artikel had niet zo mogen verschijnen.
Na een gesprek met de auteur en enkele afdelingschefs, hebben we dan ook besloten de onlinekop aan te passen. ‘Israël razend om vrijlating directeur AlShifaziekenhuis’ staat er nu. Een tikkeltje droog? Misschien wel, maar het is helder en feitelijk, net als het stuk. Het doet de inhoud dus meer eer aan.
Daphne de Roo is eindredactrice. In ‘Gazettenpraat’ wordt een kwestie belicht waarover de redactie discussieert.