De Standaard

Evenepoel: “Ik denk dat ik de benen voor het podium heb”

Met een zege in de Vuelta, Giro en nu ook de Tour heeft Remco Evenepoel (24) zijn trilogie voltooid. Tussen de Franse wijnranken reed hij een ‘tijdrit grand cru’. Reconstruc­tie van een perfecte dag.

- Jan-Pieter de Vlieger, David Van den Broeck

Niemand die meer uitkeek naar de 25,3 kilometer tussen Nuits-SaintGeorg­es en Gevrey-Chambertin dan Remco Evenepoel. Net zoals in de Dauphiné pakte hij deze tijdrit als een eendagswed­strijd aan.

Na zijn zoveelste rondje over het parcours – hij was hier in december en juni al geweest om de tijdrit te verkennen – moest hij wel nog zeven uur overbrugge­n tot het moment van de waarheid.

Op het moment dat Evenepoel op zijn rollen kwam opwarmen – ijsvest om z’n bovenlijf, koptelefoo­n op – zat een landgenoot in de hotseat. Niet Wout van Aert, wel Victor Campenaert­s had een toptijd neergezet. Maar toen hij om 16.58 uur aan de beurt was en van het startpodiu­m sprintte, verscheen vrijwel meteen een groen balkje in beeld. De witte trui was nog maar enkele seconden weg, en hij lag al een seconde voor op de rest. Op de eerste acht vlakke en licht oplopende kilometers, die hij volgens het tempoplan van trainer Koen Pelgrim ten volle moest benutten, deed hij ook de concurrent­ie – Jonas Vingegaard (10 seconden achter) en Primoz Roglic (20 tellen in het krijt) – al pijn.

Gele trui Tadej Pogacar moest wel nog volgen, maar ook hij gaf al een kleine 3 seconden prijs. En de Sloveen mag in deze Tour dan wel de beste bergop zijn, op het 1,5 kilometer lange klimmetje liep Evenepoel nog verder uit. “Alles liep goed”, zei hij achteraf. “Ik nam een goeie start, ging goed naar boven en nadien reed ik ook een snelle afdaling. Het ging vlot.”

En zo was hij op weg naar de zege. Ook Nicolas Coosemans, technical & developmen­t manager van Soudal Quick-Step, die met ploegleide­rs Klaas Lodewyck en Tom Steels en dokter Phil Jansen achter Evenepoel reed, rekende zich al rijk. “Remco had de perfecte lijnen gereden en kwam dan beneden”, aldus Coosemans. “Ik dacht: we zitten in de wijnranken, we zijn oké.”

Lekke band?

Tot plots, op een lang stuk rechtdoor, Evenepoel met z’n arm ineens teken naar de volgwagen deed. Evenepoel was ervan overtuigd dat hij lek stond. “Het klonk alsof mijn band ontplofte. Ik was echt in paniek, in shock zelfs. Ik dacht: het is voorbij. Maar het moet zijn dat iemand langs de kant een glas had laten vallen, of zo.”

Evenepoel stoomde door, onder de boog van de laatste kilometer stak hij nog een tandje bij en finishte in 28 minuten en 52 seconden, een gemiddelde van 52,6 kilometer per uur. Het hele veld was al uitgeteld en ook Pogacar kon er dus niet meer aan. “Crazy”, zo noemde hij het. “Tadej kunnen kloppen en hier kunnen winnen is geweldig. Ik ben superconte­nt dat ik op deze jonge leeftijd al de trilogie kan vervolledi­gen”, zei hij, doe

Remco Evenepoel

lend op ritwinst in Vuelta (5 stuks), Giro (2x) en nu ook Tour. Hij is de vijftiende Belg die daarin slaagt.

Hij is ook (nog maar) de vierde wereldkamp­ioen tijdrijden die in de Ronde van Frankrijk zijn slag thuishaalt, na Fabian Cancellara, Tony Martin en Tom Dumoulin. De vraag of hij Pogacar nog het vuur aan de schenen kan leggen, wuifde Evenepoel weg. “Tadej is buiten categorie. Ik zie hem deze Tour met gemak winnen.” Twee seconden later voegde hij er glimlachen­d aan toe dat je het natuurlijk nooit weet, maar hij is realistisc­h genoeg om te beseffen dat hij vooral naar de mannen achter zich moet kijken.

Als tweede in de stand heeft hij 42 seconden voor op Vingegaard en 1 minuut en 3 seconden op Roglic. Daarna volgen twee knechten van Pogacar (Juan Ayuso en Joao Almeida). Carlos Rodriguez volgt al op net geen twee minuten. “In de bergen kan dat zomaar weggewist worden, maar het is toch mooi meegenomen. Ik ga op het podium focussen, want ik denk dat ik er de benen voor heb.”

De ambitie wordt dus bijgesteld van top vijf naar top drie, maar vooraleer hij het in de Pyreneeën en Alpen mag laten zien, moet hij nog een paar tricky etappes zien te overleven, vooral de gravelrit van zondag in Troyes. “Ook daar heb ik twee keer verkend, die stroken vallen goed mee. Ze liggen beter dan die in de Giro van 2021, toen het ook constant steil op en neer ging. Maar het wordt opletten, want je kan er de Tour niet winnen, maar wel verliezen.”

“Zondag in de gravelrit kun je de Tour niet winnen, maar je kunt er de Tour wel verliezen”

 ?? © Guillaume Horcajuelo/epa ?? Remco Evenepoel, net voor hij op het podium moet na zijn eerste Tourzege.
© Guillaume Horcajuelo/epa Remco Evenepoel, net voor hij op het podium moet na zijn eerste Tourzege.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium