3 miljoen euro ondersteuning moet 4x400m-teams medailles opleveren
Terwijl succes bij atletiekestafettes in veel landen slechts een bijna toevallig gevolg is van individuele kwaliteit, zet België er actief op in. Sinds de Spelen van Tokio is meer overheidsgeld dan ooit in de 4x400 meter gepompt: ruim drie miljoen euro. Dat moet woensdag op het EK in Rome en straks in Parijs in eremetaal resulteren.
Op een shuttle tussen atletenhotel en stadion horen we buitenlandse atleten al grappend de namen ‘Belgian Tornados’ en ‘Belgian Cheetahs’ uitspreken met wat voor een Vlaams accent moet doorgaan. Niet dat er in het buitenland geen respect is voor de prestaties van de Belgische 4x400 meter, maar die bijnamen kennen ze nergens anders. De estafettes zijn in andere landen, zeker de grote atletieknaties, zelden de hoofdfocus. ‘ Relays don’t count’, wordt er in de Verenigde Staten graag gezegd als de medailletabel moet worden opgemaakt. Atletiek is en blijft een individuele sport en aflossingsmedailles beschouwt het gros van de buitenlandse atletiekfederaties als een bijkomstigheid die voortvloeit uit gecombineerd individueel talent.
Een individuele medaille zal internationaal altijd meer prestige genieten dan eentje op de aflossing. Maar in de huidige olympische cyclus is in de Belgische en vooral Vlaamse atletiek gekozen om meer dan ooit in te zetten op die proeven waar succes haalbaarder is, inclusief de 4x400 meter dus. En dan gaat het zowel over de Belgian Tornados, Belgian Cheetahs als de mixed relay.
De 4x400 meter geniet bijzonder veel overheidssteun, vooral van Sport Vlaanderen. Daar zijn er negen 400 meterlopers in dienst: drie broers Borlée, Jonathan Sacoor, Hanne Claes, Paulien Couckuyt, Camille Laus, Helena Ponette en Imke Vervaet. Daarbovenop geeft Sport Vlaanderen de 4x400 dit jaar ook nog eens 276.500 euro projectsteun, voor onder meer trainingsstages en het loon van bondscoach Jacques Borlée. Alexander Doom is in dienst van Defensie, ook dat is overheidsgeld.
Megabedrag
Bij Adeps, de Franstalige tegenhanger van Sport Vlaanderen, zijn ook nog eens zes 400 meterlopers in dienst: Cynthia Bolingo, Naomi Van Den Broeck, Julien Watrin, Robin Vanderbemden, Florent Mabille en Daniel Segers. Ook Adeps geeft daarnaast nog projectsteun en dat doet ook het BOIC. Alles samen gaat het om ruim 900.000 euro aan loonkost en een totaalbudget van een klein anderhalf miljoen euro per jaar voor de 4x400 meter. Over de hele olympische cyclus, die na Tokio 2021 maar drie in plaats van vier jaar duurde, spreken we over een bedrag ver boven de drie miljoen euro. In het voetbal lachen ze daar eens mee, maar in de atletiek of een andere klassieke olympische sport is dat een megabedrag.
Voor de twee Belgische uithangborden van de 400 meter, Alexander Doom en Cynthia Bolingo, dringen zich keuzes op. In theorie kunnen zij in Parijs elk zeven wedstrijden lopen: drie individuele rondes en nog eens reeksen en finale met beide aflossingsploegen. Niet te verteren. En dus is er afgelopen winter topoverleg gepleegd. Op een grote vergadering met atleten, coaches en alle betrokken subsidiënten is iedereen akkoord gegaan om vol voor de estafettes te gaan. “Als we een olympische medaille willen, zal het op de aflossing moeten gebeuren, en de mixed relay geef ik nog de grootste kans”, zegt Rutger Smith, topsportcoördinator bij de Vlaamse Atletiekliga.
Deze week op het EK atletiek in Rome is de atleten de toestemming gegeven om indien gewenst voor individueel succes te gaan. Cynthia Bolingo bedankte daarvoor door een probleem aan de kuit, Alexander Doom en Jonathan Sacoor schopten het tot in de finale van de individuele 400 meter. In die finale blies Doom iedereen omver met
Europees goud en een Belgisch record van 44”15. Hij is ook individueel nu medaillekandidaat in Parijs, maar daar zal de keuze voor de aflossingen mogelijk ten koste gaan van de individuele kansen. Doom, Sacoor en Bolingo zullen er waarschijnlijk wel in actie komen op de 400 meter, maar het zal niet met frisse benen zijn als ze eerst al de mixed relay lopen.
Dilemma
Doom lijkt weinig moeite te hebben met de keuze voor de olympische estafettes. “Als ik moet kiezen tussen een aflossingsmedaille of een individuele top acht, kies ik voor de medaille”, zegt hij. “Al zijn er ook in onze ploeg die iets ander antwoorden op dat dilemma. Dat is hun goed recht.”
Een van de atleten die iets anders antwoordt, is Bolingo. “Een aflossingsmedaille of een individuele finale? Ik ga voor de twee”, zegt ze. “Ik zie niet in waarom er een keuze gemaakt moet worden. Met een goede, brede ploeg en duidelijke afspraken is alles mogelijk.” Klinkt mooi, maar weinig realistisch. Het broze lichaam van Bolingo heeft nog nooit vijf wedstrijden op één toernooi aangekund, laat staan zes of zeven. Om dat in Parijs plots wel te doen lukken zal een medisch mirakel nodig zijn.
Philip Gilson, de coach van Alexander Doom, raadt zijn poulain af om de mixed relay te lopen in Parijs. Volgens hem moet hij individueel succes voorrang geven. Maandagavond in de euforie na de titel van Doom verklaarde ook bondscoach Jacques Borlée zich akkoord met de keuze voor de individuele 400 meter. Eerst woensdagavond maar eens kijken of de Belgian Tornados en de Belgian Cheetahs vertrouwen kunnen tanken met een medaille op de 4x400 meter in Rome. Die wordt na die 3 miljoen euro investering wel min of meer van hen verwacht.
“Als ik moet kiezen tussen een aflossingsmedaille of een individuele top acht in Parijs, kies ik voor de medaille” Alexander Doom
Europees kampioen 400m