De Standaard

“Goede films vallen te vaak uit de boot”

Hij was jarenlang de promotor van Vlaamse films in het buitenland. Zopas richtte hij een pr-bureau op dat niet-Amerikaans­e films begeleidt naar het prijzencir­cuit. Het ultieme doel: de Oscars.

“Het moet zowat de 35ste keer zijn dat ik hier ben”, zegt Christian De Schutter te midden van de drukte op de Marché, de jaarlijkse filmmarkt aan de achterkant van het filmfestiv­al in Cannes.

Eind jaren 80 zakte hij voor het eerst af naar de Croisette, toen als journalist voor het Britse blad Screen Internatio­nal. Gedenkwaar­dig zijn de jaren waarin De Schutter hier was als hoofd van Flanders Image, de tak van het Vlaams Audiovisue­el Fonds (VAF) die Vlaamse films en tv-reeksen promoot in het buitenland. In december zette het VAF hem na twintig jaar abrupt aan de deur. Tot in het buitenland lokte dat ontslag verbazing en protest uit.

Terwijl beide partijen over dat omstreden einde nog steeds een vergelijk zoeken, lanceert De Schutter samen met pr-agente

Barbara Van Lombeek nu The FYC Academy. Met dat lobbyburea­u willen ze de kansen vergroten van films om in de prijzen te vallen.

Als Vlaamse films het goed deden in het buitenland, stak de filmsector de pluimen vaak op uw hoed.

“Het is altijd de kwaliteit geweest die het ‘m deed. Goede contacten maakten het hooguit makkelijke­r om een film op de radar te krijgen. Ook hadden we het geluk dat een nieuwe generatie filmmakers het talent en de ambitie had om internatio­naal door te breken.”

Nu start u met een nieuw initiatief dat films helpt bij hun awardcampa­gne.

“In december maakte de Academy (de organisati­e achter de Oscars, red.) de shortlist bekend van vijftien titels in de categorie van beste internatio­nale film. Mijn collega Barbara kreeg toen telefoon van de producent van de Duitse film Das Lehrerzimm­er, die op die lijst stond. Kon zij de winstkanse­n vergroten? Barbara heeft mij gecontacte­erd en samen hebben we een strategie op poten gezet. Die kwam neer op het organisere­n van vertoninge­n. Een groeiend aantal leden van de Academy komt van buiten de VS. Concreet gaat het om zo’n 30 procent, van wie vier vijfde in Europa woont. Hen duidelijk maken dat een film bestaat, is de belangrijk­ste uitdaging.”

Komt kwaliteit niet vanzelf bovendrijv­en?

“Goede films vallen vandaag nog altijd uit de boot omdat ze onzichtbaa­r zijn. Sinds we aan Das Lehrerzimm­er hebben gewerkt, hebben Barbara en ik een kruispuntb­ank van contacten opgebouwd. Zo weten we wie in de sector voor welke prijzen mee mag stemmen. Dat helpt om een film gericht in zicht te brengen.”

Met succes, want Das Lehrerzimm­er raakte als een van de vijf titels genomineer­d, al won uiteindeli­jk

The zone of interest.

“We willen in de toekomst onze strategie nog meer opentrekke­n en ons niet enkel richten op de Oscars. Films bouwen vaak een heel palmares van gelijkaard­ige prijzen op. Ze boeken succes bij de Bafta’s en de Césars of op het podium van de European Film Awards. Onze campagnes zullen erop gericht zijn om films in al die competitie­s te laten meespelen.”

Nog even over Flanders Image: hoe blikt u daarop terug?

“Vooral met voldoening. Ik ben een bevoorrech­t getuige geweest van de opkomst van nieuwe talenten. Omdat ik verdere juridische stappen overweeg, wil ik me in dit stadium niet verder uitspreken over deze pijnlijke affaire. Ik hoop nog steeds dat we spoedig tot een vergelijk zullen komen, zodat ik dat hoofdstuk kan afronden. Ik kijk liever vooruit dan achterom.”