“Crisissen kunnen plots ontsporen, dan moeten we klaarstaan”
Met een groots opgezette trainingsmissie, waarbij 1.250 militairen en 900 studenten en reservisten betrokken zijn, houdt het Belgische leger deze week een “generale repetitie” voor de evacuatie van Belgen uit oorlogsgebied.
“We hebben een nieuw België gecreëerd.” Kolonel Frédéric Linotte zegt het met uitgestreken gezicht, voor een gehoor van aandachtige generaals en hooggeplaatste militairen uit heel Europa, verzameld op de militaire luchthaven van Melsbroek. Op een kaart naast Linotte is een gebied afgebakend met ruwweg de Waalse steden Bergen en Doornik als centrale plaatsen. Het lijkt wel erg op het scenario van een staatsgreep, maar die heeft de commandant van het Special Operations Regiment van het Belgische leger niet voor ogen. Zijn “nieuw België” is het actieterrein van operatie Storm Tide, een grootse trainingsmissie die de departementen Buitenlandse Zaken en Defensie hebben opgezet en die tien dagen duurt. Het is, zoals Linotte zegt, “één groot rollenspel”.
Dat verklaart waarom veel bewoners van de provincie Henegouwen nu al meerdere dagen een ongewoon intense aanwezigheid opmerken van militaire vliegtuigen boven hun hoofden en kaki voertuigen in hun straten. Want het “nieuwe België” is een land in oorlog, net als zoveel plaatsen in de wereld vandaag, zegt kolonel Linotte. Het scenario van operatie Storm Tide, uitermate gedetailleerd neergeschreven in een vuistdik document: 900 Belgische burgers moeten vanuit conflictgebieden Bergen en Doornik in veiligheid gebracht worden. Daarom werden rond die steden “ontvangstcentra” geopend, waar Belgen zich kunnen melden. Hun evacuatie gaat via de luchthaven van Chièvres, in het hart van het conflict. Die werd maandag door een regiment parachutisten “ingenomen”, sindsdien stijgen er vliegtuigen op richting een veilige zone, in het scenario van Storm Tide is dat de luchthaven van Chalons-Vatry, Noord-Frankrijk.
Studenten
De grootse operatie doet dienst als “generale repetitie” voor als er straks écht een evacuatiemissie nodig is. Er nemen 1.250 militairen aan deel – behalve uit België ook uit Frankrijk en Nederland. Woensdag reisden officieren en diplomaten uit heel Europa door het gebied van de operatie. Van Melsbroek ging het met een tank- en transportvliegtuig naar Chalons-Vatry, om na amper een halfuur alweer op te stijgen richting de luchtmachtbasis van Beauvechain. Schouder aan schouder in een ronkende A400M, de opvolger van de C130, vlogen ze weer het imaginaire crisisgebied binnen, waar ze onder een dreigende hemel een demonstratie kregen van een succesvolle evacuatie, inclusief de eerste stap: verkenners die met parachute neerstrijken om te zien of er een veilige basis kan worden ingericht.
Volgens Michel Hofman, chef Defensie in ons land, zijn oefeningen als deze van groot belang om voorbereid te zijn wanneer het erop aankomt. “Je kunt alleen garanderen dat een complexe operatie zoals een evacuatie succesvol verloopt, als je ze getraind hebt”, zegt hij, terwijl achter hem een helikopter vol “geëvacueerde burgers” landt: voor het overgrote deel zijn het studenten uit de opleiding “Defensie en Veiligheid” van onder meer het atheneum van Geraardsbergen.
“Bij een evacuatie uit conflictgebied zijn niet alleen veel spelers betrokken – meerdere landen, meerdere overheidsdiensten, militairen en burgers –, zo’n evacuatie vindt ook plaats in een omgeving waarin heel veel kan misgaan”, zegt Hofman. “Van een stortbui, zoals hier tijdens onze oefening, tot technische problemen met vliegtuigen, een moeilijke houding van de burgers die je evacueert, de onstabiele situatie in het land.”
Red Kite
“Je kunt alleen garanderen dat een complexe operatie zoals een evacuatie succesvol verloopt, als je ze getraind hebt” Michel Hofman Chef Defensie
De laatste keer dat België een échte evacuatie van burgers uit conflictgebied uitvoerde, was in 2021, onder de vlag van operatie Red Kite. 1.500 Belgen werden toen uit Afghanistan geëvacueerd, nadat de taliban daar de macht hadden overgenomen. Een van de lessen die de top van Defensie eruit leerde, en die ook in de huidige trainingsmissie als aandachtspunt is meegenomen, “is om slots voor vliegtuigen nooit te laten passeren”, zegt Alain Versé, vicestafchef van de afdeling Special Operations bij Defensie. “In Afghanistan hadden we vaak de neiging om pas te vertrekken als de vliegtuigen vol waren, maar dan moesten die op de chaotische luchthaven van Kaboel soms nog uren wachten om op te stijgen. Als een vliegtuig al vertrekt wanneer het voor drie vierde vol is, zijn die mensen tenminste al in veiligheid.”
Een andere vaststelling, die alvast premier Alexander De Croo (Open VLD) in de nasleep van Red Kite maakte, was dat de Europese samenwerking beter moest. “We hebben goed samengewerkt met Nederland en Luxemburg, maar je ziet dat men nu vooral werkt met landen die dichtbij zijn”, zei hij in een evaluatie. Hofman sluit zich daarbij aan. “Het is nog te vaak ieder voor zich, om bijvoorbeeld plaats te vinden op de luchthavens in de buurt. Die coördinatie moet in de toekomst beter kunnen.” Een recent opgericht Crisis Response Center op Europees niveau heeft alvast de taak om dat te bewerkstelligen.
Waar de lessen uit Storm Tide voor het eerst in praktijk zullen worden gebracht, “is onmogelijk te zeggen”, zegt Hofman. “Natuurlijk kijkt iedereen nu naar wat in Gaza gebeurt, maar overal in de wereld kan een crisis plots ontsporen. Op dat moment moeten we klaarstaan.”