Sportcomplex transformeert Brusselse rimpelzone
Afgelopen jaar kon je vanop het spoor tussen Brussel-Centraal en Brussel-Zuid, in een oksel van de Rogier van der Weydenstraat, een intrigerende structuur in roodbruine menieverf zien oprijzen. De sober ontworpen glazen doos met elegante, stalen kolommen en de uitwaaierende zonnewering lieten al vermoeden dat hier architecten aan het werk waren die bouwen tot kunst willen maken.
Marie Moignot en Xavier De Wil van MDW Architecture, bijgestaan door de structuuringenieurs van Util, zijn de tovenaars van dienst. Zij concipieerden het sportcomplex Cynthia Bolingo (genoemd naar de Belgische sprintkampioene) als een soort modern tempelcomplex.
In de hoek van het terrein schoven ze een grote sportzaal voor zaalvoetbal, basketbal en taekwondo. Rond het sportterrein lieten ze één lange muur en drie glazen wanden optrekken. Dankzij de drie grote raampartijen opent de sporthal zich als een foyer op de stad.
Daarnaast tekenden de architecten een kleine koepelzaal. De verrassende zadelvorm ervan zweeft boven de grond en fungeert als toegangsportaal naar de grote multifunctionele sportzaal op de verdieping. De toegangsruimte heeft iets frivools, zonder te vervallen in een gimmick. Gewild of ongewild brengt de parabolische vorm het optimisme van de architectuur van Expo 58 opnieuw naar Brussel, en dat op een plek die gedoemd leek om voor eeuwig en altijd een stadskanker te blijven.
Onder de zaal, op de begane grond, bevinden zich de kleedkamers, de douches, een bokszaal en een dojo. Die laatste, een tatamizaal voor Japanse vechtsporten, lijkt de sfeer en het DNA van heel het complex te hebben bepaald. Met eenvoudige materialen als staal, beton, hout en houtwolcementplaten voerden de architecten nuchter bouwen op tot een soort zen-architectuur.
Terwijl op een steenworp daarvandaan de metrowerken het Zuidpaleis dreigen te verzwelgen, voltrok zich een klein wonder langs de treinsporen. Die trokken na de Tweede Wereldoorlog een spoor van vernieling door de Brusselse binnenstad. Op een voormalig terrain vague ligt nu een sprankelend sportcomplex. Bovendien lonkt in de rimpelzone tussen de ‘de ijzeren weg’ en de stad een groen voorplein met zitbanken, speelplaatsen én een buurtmoestuin.
De kwalitatieve continuïteit tussen stedelijke binnen- en buitenruimte van het sportcomplex Cynthia Bolingo is een zeldzaam goed in Brussel. Hopelijk is het de voorbode van een meer holistische stadsvernieuwing en zet ze een punt achter de cosmetische stadsverfraaiing waarmee Brussel zich nog al te vaak tooit.