Huidkanker komt vaker voor bij hoogopgeleiden
Voor het eerst zijn er Belgische cijfers die een link tonen tussen iemands sociaal-economische status en bepaalde types kanker. Onder meer opleiding, inkomen en gezinssamenstelling werden onder de loep genomen.
Is er een link tussen de kans op bepaalde kankers en je sociaal-economische positie? Om dat te onderzoeken, verzamelde de Stichting Kankerregister de gegevens van bijna 7 miljoen Belgen, van wie ongeveer 300.000 kankerpatiënten. Zij hadden longkanker, hoofd- en halskanker, darm-, rectum- en borstkanker of kwaadaardige melanomen. Die kankers werden in verband gebracht met parameters zoals opleidingsgraad, gezinssamenstelling en al dan niet huiseigenaar zijn.
Een lage opleidingsgraad blijkt gelinkt aan een verhoogd risico op longkanker en hoofd- en halstumoren. In cijfers ziet dat er zo uit: per 100.000 mannen die hoger onderwijs volgden, zijn er 92 gevallen van longkanker, bij de mannen die alleen een diploma lager onderwijs hebben, zijn dat er 216.
“Je moet voorzichtig zijn als je naar verklaringen zoekt”, zegt onderzoekster Freija Verdoodt van het Kankerregister. “De ontwikkeling van kanker is een complex verhaal. Maar het is algemeen geweten dat roken een belangrijke risicofactor is voor bijvoorbeeld longkanker en hoofd- en halstumoren en dat kwetsbare groepen gemiddeld gezien meer roken. Dat is een deel van de verklaring.”
“Het gaat ook om milieufactoren”, zegt professor Sylvie Gadeyne van Interface Demography (Brispo-VUB), dat meewerkte aan het onderzoek. Of je al dan niet in een gezonde, niet-vervuilde omgeving woont, en de middelen hebt om medische hulp te zoeken en behandelingen goed te kunnen opvolgen, speelt mee.
Voor andere kankers is er een omgekeerde relatie. Die komen net vaker voor bij mensen met een hogere opleidingsgraad. Borstkanker bijvoorbeeld. “We weten dat het risico op borstkanker kleiner is naarmate een vrouw meer en op jongere leeftijd kinderen kreeg”, zegt Verdoodt. “Dat kan voor borstkanker een van de verklaringen zijn, omdatvrouwenmeteenhogereopleiding vaak minder en op latere leeftijd kinderen krijgen.”
Ook voor huidkanker is er een opvallend verschil: melanomen duiken vaker op bij mensen met een hogere opleidingsgraad. Bij mannen is er een incidentie van 33 tegenover 16. “Verschillen in reisstijl en zongedrag worden als een belangrijke verklaring gezien”, zegt Verdoodt. “De cijfers komen redelijk overeen met resultaten van andere onderzoeken in het buitenland.”
“We weten dat het risico op borstkanker kleiner is naarmate een vrouw meer en op jongere leeftijd kinderen kreeg” Freija Verdoodt Kankerregister
Lagere overlevingskansen
De onderzoekers van het Kankerregister keken ook naar het stadium van de kanker bij diagnose. Bij sociaal-economisch kwetsbare groepen werd de tumor vaker in een vergevorderd stadium ontdekt. “Verschillen in deelname aan kankerscreenings is daar een belangrijke verklaring voor”, zegt Verdoodt. “Daarnaast heeft het wellicht te maken met mogelijkheden, al dan niet financieel, om met symptomen naar een arts te gaan. Het is een taak van overheden en zorgprofessionals om daar rekening mee te houden en te sensibiliseren. Een vroegtijdige diagnose kan een groot verschil maken.”
Amper zes op de tien vrouwen tussen 50 en 69 jaar nemen deel aan de gratis borstkankerscreening, stelde het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg enkele weken geleden nog vast. Uit dat rapport bleek ook dat de deelname bij kwetsbare sociale groepen (43 procent) veel lager was dan bij de geprivilegieerde sociale groepen (63 procent).
Ook je overlevingskansen voor kanker zijn gelinkt aan sociaal-economische parameters, stelde het Kankerregistervast.“Ooknacorrectie voor het stadium van de tumor bij diagnose, bleven de verschillen zichtbaar”, zegt Verdoodt. “De diagnose van meer vergevorderde tumoren is dus niet de volledige verklaring voor de lagere overlevingskansen. We zijn in een vervolgstudie nog aan het onderzoeken wat de andere verklaringen kunnen zijn. Bijvoorbeeld of er verschillen zijn in het zorgtraject dat patiënten doorlopen.”