“De dag dat ik de baas van de VRT ben, zal niet komen”
Drie jaar na zijn veelbesproken transfer naar VRT presenteert Niels Destadsbader zijn eerste soloprogramma op de openbare omroep. “Had ik dit programma vorig jaar al willen maken? Absoluut.”
“Mensen vragen mij weleens: die Ruben Van Gucht, is dat nen toffe? Want ze kennen hem als sportjournalist die met een uitgestreken gezicht informatie moet overbrengen. Nu kan hij een liedje aanvragen en dan blijkt dat hij een heel familiale man is.” Als bekende koppen nog een vehikel zoeken om zich van hun meest menselijke kant te laten zien, dan krijgen ze daar van Niels Destadsbader een extra kans toe. Op woensdag 31 januari gaat op VRT1 zijn muziekprogramma Ik vraag het aan in première. Dat moet het warmste verzoekprogramma worden sinds, welja, De warmste week.
In ruil voor een speciale herinnering mogen telkens vijf Bekende Vlamingen een liedje aanvragen. Samen met de kijker ontdekt de BV welke Belgische artiest het verzoeknummer zal coveren, onder begeleiding van de negenkoppige huisband. Voor de kijker staat of valt het programma bij Destadsbader: hij presenteert, modereert en zingt. Behalve de begingeneriek, neemt hij ook een verzoeknummer uit het publiek voor zijn rekening.
Kom niet klagen als u zo’n portie Destadsbader van het goede te veel vindt. De populaire presentator kwam in woelig vaarwater terecht, nadat hij door VRT was weggekocht bij VTM. Willens nillens werd Destadsbader zo het gezicht van de discussie over de goedbetaalde exclusiviteitscontracten aan de Reyerslaan. Het laatste verwijt aan zijn adres? Dat er maar weinig Destadsbader te zien is op de openbare omroep voor zo’n dure vogel.
Waarom heeft het zo lang geduurd vooraleer u een eigen programma kreeg?
“Ik heb Zomerhit gemaakt met Siska ( Schoeters, red.) en Kom op tegen kanker, alles in de strijd met Dieter Coppens. Ik moet het niet altijd alleen doen. Maar als je mij de vraag stelt: had je dit programma vorig jaar al willen maken? Absoluut. Want dit is echt helemaal wie ik ben. Alleen was dat programma er nog niet. Als je bij een nieuwe zender terechtkomt, is het logisch dat het een tijdje duurt om je plek te vinden. Het was een zoektocht, niet alleen voor mezelf, maar ook voor VRT. In mijn geval kwam er vanaf het begin ook veel druk bij kijken. Dan ben je onderweg nog voorzichtiger.”
Lag er dan geen plan klaar bij uw overstap?
“Ik denk dat ik met heel veel enthousiasme ben binnengehaald. Maar achteraf gezien was de timing ongelukkig. In dezelfde periode werd gecommuniceerd over de besparingen bij VRT. Dat heeft ertoe geleid dat ik werd meegesleurd in een storm waar ik eigenlijk niets mee te maken heb. Plots werd er een beeld geschapen. Er werd geschreven dat mensen ontslagen waren, zodat ik hier zou kunnen werken. Natuurlijk is dat niet waar. Of er werd gezegd dat ik binnen was gehaald voor de grote shiny floorshows, terwijl ik ook ben overgestapt om meer de human interest op te zoeken. Wij hebben bepaalde stappen in het achterhoofd, al geef ik grif toe dat het lang op zich heeft laten wachten. Ik beslis daar niet alleen over. De dag dat ik de baas van de VRT ben, zal niet komen.”
Wie weet, Niels.
“Ja ( lacht). Maar ik begrijp de kritiek wel. Zo van: “Hoe, maar waar zit die dan?” Ik hoop vooral dat die kritiek na dit programma gaat liggen.”
Voor de perceptie helpt het niet dat u zei dat u tijd hebt kunnen vrijmaken in uw agenda voor de hoofdrol in musical ‘14-’18, terwijl dat voorheen niet lukte.
“Dan zou je moeten weten dat ik ‘14-’18 maar kan doen, omdat ik beslist heb om een jaar geen muziek uit te brengen of concerten te spelen. Dat heeft niets met VRT te maken. Ik heb een contract als presentator en ik heb daarbuiten een leven als muzikant. Als ik voorheen Sportpaleizen afhuurde, dan maakte ik ook afspraken met VTM dat ik dat weekend bijvoorbeeld het gala van de Gouden Schoen niet zou kunnen presenteren.”
Er was ook nog die discussie over uw loon. Zat u daar verveeld mee?
“Ik denk dat niemand het prettig vindt als anderen beslissen wat er naar buiten moet worden gebracht. Ik denk dat jij het ook zou appreciëren als dat verhaal eerst bij jou wordt afgecheckt. Dat is niet gebeurd en het klopte ook niet ( Dag Allemaal schreef dat Destadsbader meer dan een half miljoen euro per jaar verdiende, dat werd later bijgesteld naar 400.000 euro, maar dat is nooit bevestigd, red.). Het was ook heel frappant dat het alleen over de mensen bij VRT ging. Bij VTM wordt ook geld verdiend, voor alle duidelijkheid.”
“Het steekt de mensen hun ogen uit, natuurlijk. Maar als jij morgen naar een andere krant stapt, dan ga je er toch niet minder verdienen. Dat mag ik hopen. Anders heb je het heel slecht gedaan. Dan ben je geen goeie onderhandelaar. Of het moet zijn dat je daar heel ongelukkig was. Er is toch niemand die verandert van job en zijn positie niet verbetert?”
Dus u verdient meer bij VRT?
“Natuurlijk. Maar het is niet zo dat ik heb gekozen voor het geld. Ik had verschillende redenen.”
Vertel.
“Eerst en vooral wist ik dat ik terugging naar een plek die ik goed ken. Ten tweede, met iemand die mij heel veel kansen heeft gegeven, namelijk Ricus Jansegers ( de programmadirecteur van VRT was daarvoor jarenlang aan de slag bij DPG Media, eigenaar van VTM, red.). Ricus heeft mij destijds van VRT naar VTM gehaald. Toen was ik bezig op Ketnet: wrapper zijn, tekeningen van Ketnetters tonen – wat supercool was, voor alle duidelijkheid. En twee maanden later stond ik helemaal alleen voor een miljoen mensen een liveshow te presenteren. Hij heeft mij op dat moment dat vertrouwen gegeven. Zoiets vergeet je niet snel.”
“Ik wist ook dat hij een meerjarenplan had, waarin hij entertainment en muziek opnieuw belangrijker zou maken bij VRT. Dat was iets voor mij. Tegelijk is er die human interest. Op zo’n moment durf ik wel te springen.”
“Er werd geschreven dat mensen ontslagen waren, zodat ik hier zou kunnen werken. Natuurlijk is dat niet waar”
‘“Het is niet zo dat ik heb gekozen voor het geld. Ik had verschillende redenen”
Naar verluidt loopt uw contract af in 2024. Bent u van plan om aan de Reyerslaan te blijven?
“Wij spreken niet over contracten. Maar ik vraag jou toch ook niet: ga je over negen maanden nog bij je partner zijn? Je ziet over negen maanden hoe jij en je partner zich voelen.”
Stel dat u een liedje mocht aanvragen. Welk nummer zou dat zijn?
“‘When Susanna cries’ van Espen Lind. Het is niet het allerbeste nummer ooit, maar wel mijn allereerste slow. Met Magalie op de schuimparty in Deerlijk. Je wist: als ‘When Susanna cries’ begint, zorg dat je erbij bent. Zij was een kop groter dan ik en ik heb de mooiste drie minuten en een half van mijn jeugd beleefd. Ik zat op de perfecte hoogte om heel intens met haar te kunnen dansen. We hebben niet gekust, want ze was te groot, maar het is een moment dat me altijd zal bijblijven. Telkens wanneer ik in de wagen dat nummer hoor, denk ik: ik heb toch maar eens geslowd met Magalie.”