Gezocht: vermiste muziekinstrumenten
Het Muziekinstrumentenmuseum is 150 instrumenten uit zijn collectie kwijt. De verdwijningen dateren uit een periode dat het toezicht niet zo nauw was. Dat gebeurde in die tijd bij wel meer collecties.
In oktober 2022 kreeg het Muziekinstrumentenmuseum(MIM)leuk bezoek. Het was sowieso al vereerd met de komst van de muzikante Annalisa Pappano, gereputeerd voor haar vertolkingen van oude muziek. Maar de vreugde nam nog toe toen bleek dat Pappano een oude bekende had meegebracht: een pardessus de viole, oftewel een kleine gamba. Het kleinood was in 1742 bij de Parijse vioolbouwer Pierre Saint-Paul vervaardigd. In 1980 was het gestolen bij het MIM. Datinstrumentkwamdemuzikante terugbrengen – er zijn nog eerlijke mensen in de wereld.
Pappano had een donkerbruin vermoeden dat er iets niet in de haak was met het instrument. Het MIM kon bevestigen dat het de eigenaar was omdat het museum enkele jaren geleden een doorgedreven inventaris had gemaakt van zijn collectie. “We hebben toen in twee richtingen gewerkt”, zegt departementshoofd Saskia Willaert. “Eerst hebben we de instrumenten beschreven die in onze collectie zitten. Daarnaast zijn we op zoek gegaan naar vermeldingen in ons archief. Met andere woorden, naar wat we verondersteld werden te hebben. Tussen die twee metingen zat wel wat speling.”
Die speling bedroeg “enkele honderden” instrumenten die verdwenen waren. Daarvan heeft het museum er uiteindelijk 150 kunnen identificeren, omdat er een foto van bestond of omdat er een beschrijving van was. Nadat Pappano haar pardessus de viole terugbracht, kreeg het MIM de raad om de verdwenen instrumenten te seinen via Interpol. Daardoor kwam de informatie in de openbaarheid.
Shabbaba
De verdwenen instrumenten vormen samen een boeiend overzicht uit de muziekgeschiedenis. Het betreft zowel westerse als etnische instrumenten. Om logistieke redenen gaat het vooral over lichtere objecten – alleen de nazi’s gingen tijdens de oorlog met een zwaar klavecimbel aan de haal. De lijst met verdwenen fluiten is opzienbarend. Zo is de ‘algoja’ een Indische, de ‘di’ een Chinese, de ‘svirala’ een Dalmatische en de ‘shabbaba’ een Iraanse fluit. Bij het overlopen van de lijst met verdwenen objecten waren we al blij eens een rechtdoorzeese 16de-eeuwse Italiaanse dwarsfluit tegen te komen.
Het gaat vooral over lichtere objecten. De lijst met verdwenen fluiten is opzienbarend
“De verdwijningen dateren overwegend uit de jaren 60 en 70”, zegt conservatrice Pascale Vandervellen.
“In die periode was het museum slecht behuisd. Het was toen nog onderdeel van het conservatorium van Brussel en de depotstukken waren verspreid over elf verschillende gebouwen.
Dat hielp niet echt, temeer omdat sommige slecht beveiligd waren. De collectie werd beschouwd als een pedagogisch hulpmiddel om studenten kennis te laten maken met oude en niet-westerse objecten. De instrumenten werden bespeeld of nagemaakt.”
Sommige instrumenten zijn gestolen of na gebruik nooit teruggebracht. Er zijn er ook die tot stof en as zijn vergaan – dat gebeurde bijvoorbeeld met een Congolese fluit, waarvan in de bewaarbox niet veel meer dan wat zagemeel overbleef. Vroeger kon het gebeuren dat bruiklenen voor een tentoonstelling nooit meer terugkeerden. Zo daagde een 17de-eeuws Venetiaans dansmeesterviooltje nooit meer terug van een expo in 1968 in Parijs. Een bronzen klok uit 1711, met een charmant everzwijntje als handvat, raakte zoek na een uitleenbeurt in 1974 aan het Palais d’Unesco. Zo laks springen musea tegenwoordig gelukkig niet meer om met hun patrimonium.
Alhoewel, de verdwijningen dateren niet allemaal uit onheuglijke tijden. Een viool die in 1652 in Antwerpen gebouwd was, verdween in de herfstvakantie van 1993 uit het conservatorium in Brussel. Een houten trompet uit Congo uit 1910
verdween in 2005 van de radar. En een andere pardessus de viole, bouwjaar 1757, had niet het geluk in de handen van Annalisa Pappano te belanden, maar in die van de bekende kunstdief Stéphane Breitwieser, die er een sport van maakte in Belgische musea toe te slaan. Hij bekende de diefstal, maar zei er in een moeite bij dat zijn moeder de viool vernietigd had.
Kunstdetective
Ook kabinetten en ministeries beschouwden de collectie als een interessante voorraad om de bureaus mee te verfraaien
Het MIM is een onderdeel van het Museum voor Kunst en Geschiedenis, dat eveneens te kampen heeft met collectiestukken die de benen namen. Indertijd werd de collectie van goed 600.000 stukken door veel politieke kabinetten en ministeries beschouwd als een interessant depot om de bureaus te verfraaien. Zelfs ambassadeposten werden ervan voorzien. Met de terugkeer van de kunstwerken verliep het wel eens moeizamer. Daarom heeft het museum een kunstdetective in huis die op zoek gaat naar verdwenen stukken. Eenvoudig is dat niet. Ga er maar eens achter de schilderijen van het ministerie van Koloniën aan – dat bestaat niet eens meer.
De kunstcollectie van de Vlaamse overheid kampt eveneens met verdwenen kunst. Daar kreeg ze in 2018 een tik voor op de vingers van het Rekenhof. Van de meer dan 18.000 kunstwerken waren er 2.313 waarvan onbekend was waar ze waren. Het ging onder andere om dertien schilderijen van Emile Claus, vijf van Paul Delvaux en 25 van Constantin Meunier. Kan gebeuren, als ze indertijd verspreid waren over 1.700 bewaarplaatsen. Desgevraagd laat de overheid weten dat ze nog altijd bezig is met de Franse Gemeenschap en andere overheden uit te klaren waar al die werken naartoe zijn.